Les 1: Decimale getallen vermenigvuldigen en delen door 10

Getallendictee
Luister goed naar de meester.

Wees stil tijdens het dictee.

Schrijf de antwoorden van links naar rechts.
1 / 12
next
Slide 1: Slide
RekenenSpeciaal OnderwijsLeerroute 4

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

Getallendictee
Luister goed naar de meester.

Wees stil tijdens het dictee.

Schrijf de antwoorden van links naar rechts.

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Ik kan decimale getallen vermenigvuldigen en delen met 10.

Slide 2 - Slide

Hoe zat het ook alweer?
Wat zijn decimale getallen?

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Belangrijk om te onthouden
Vermenigvuldig je een getal met 10 
dan schuift de komma één plaats naar rechts.

Deel je een getal met 10
dan schuift de komma één plaats naar links.

Slide 5 - Slide

Bijvoorbeeld
1,45 x 10 = 14,5

23,4 : 10 = 2,34

Slide 6 - Slide

Namen van decimale getallen
0,1 spreek je uit als één tiende. 

0,01 spreek je uit als één honderdste.

0,001 spreek je uit als één duizendste.

Slide 7 - Slide

Even oefenen
Hoe spreek deze getallen uit?

0,7

0,04

0,009

Slide 8 - Slide

Opdracht 1
7 eenheden is ... tienden, want ... x 0,1 = 7

3 tienden is ... honderdsten, want ... x 0,01 = 3

5 honderdsten is ... duizendsten, want  ... x 0,001 = 0,05

Slide 9 - Slide

Opdracht 2
10 x 0,6 =

10 x 0,03 =

10 x 0,004 =

Slide 10 - Slide

Aan de slag
Maak opdracht 4 t/m 9 (blz. 7 t/m 8).

Ben je klaar? Ga verder met opdracht 10 t/m 13.

Opdracht 14 doen we gezamenlijk.


Slide 11 - Slide

Opdracht 14
Ellen knipt een lint van 6 meter in 20 gelijke stukken.

Hoeveel meter is elk stuk?

Slide 12 - Slide