Soorten argumenten, voorbereiding mondeling betoog havo

Boek lezen, leeslijst inleveren op 1 oktober via TEAMS
timer
15:00
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 21 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Boek lezen, leeslijst inleveren op 1 oktober via TEAMS
timer
15:00

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
Huiswerkopdracht
Standpunt: welke zijn er?
Argumenten: welke zijn er?
SE1: betogende spreekbeurt; onderwerp + stelling + bronnen

Slide 2 - Slide

Wat weet je al?
  • Standpunt - stelling
  • positief-negatief-twijfelachtig
  • Oefening 4, blz. 34 (reader)
  • Argumenten: waarderende - feitelijke
  • subjectieve - objectieve argumenten

Slide 3 - Slide

Feitelijke en waarderende argumenten
Objectieve en subjectieve argumenten 
Wanneer is een argument feitelijk?
  • controleerbaar
Wanneer is een argument waarderend?
  • bijvoeglijk naamwoord, mening: mooi-lelijk / gepast-ongepast
Blz. 36 van je reader

Slide 4 - Slide

tegenargument     - weerlegging
Ik wil nooit meer naar een concert in de zomer, want de kans is groot dat je corona oploopt. Welnee, als je je gewoon aan de basisregels houdt zoals afstand houden en handen wassen kan dat prima.

De kans is groot dat ze je na je dood als orgaandonor gebruiken.
Er is namelijk een groot tekort aan orgaandonoren.
Echter, een op de vijfduizend wordt als orgaandonor gebruikt.



Slide 5 - Slide

Verschil?
Weerlegging: ontkracht je een argument
Nooit meer naar een festival, want kans op corona.
Weerlegging: kans wordt klein als ...aan de basisregels houdt.

Tegenargument: ontkracht je een standpunt
De kans is groot...orgaandonor wordt gebruikt.
Tegenargument: 1 op de 5000 wordt als orgaandonor gebruikt.

Slide 6 - Slide

Tip voor betogende spreekbeurt
Zorg dat je altijd de tegenargumenten kent van jouw stelling, dan kan je deze makkelijker weerleggen.

Uitleg over tegenargument/weerlegging: reader, blz. 37

Slide 7 - Slide

Aan de slag!
Maken: opdracht 5 en 6 van de reader, blz. 38
Kijk voor de uitleg op blz. 37 (argumenteren vanaf blz. 33)
Overzicht signaalwoorden: blz. 23+24

Over 30 minuten bespreken.
Eerder klaar? Maak oef. 2 (reader, blz. 23)
timer
30:00

Slide 8 - Slide

Opdracht 6
1. Niet deelnemen = S
De kans is erg klein dat je iets wint = A
2. Mark Rutte wint = S
Hij is veruit de beste in verkiezingsdebatten = A
3. Scooters verbieden = S
grote kans op ongeluk = A


Slide 9 - Slide

Opdracht 6
4. Ontgroeningen verbieden= S
Je wordt beroerd van berichtgevingen = A


Slide 10 - Slide

Een betogende spreekbeurt
Uitleg: reader, blz. 59-60
Oefening 15 (blz. 60)
Er moet nu eindelijk eens vrede komen, overal ter wereld.
  • Twijfelachtig - Is het controversieel (verschil van mening over?) - Concreet voorstel voor oplossing?
Alle drugsverslaafden moeten verplicht afkicken
  • In Nederland? Is beleid anders dan?  Concrete oplossing?

Slide 11 - Slide

Jongeren drinken tegenwoordig veel meer alcohol dan vroeger.
  • Is dat zo? Concreet voorstel - Wat is het probleem?
Mobiel bellen op straat moet verboden worden.
  • Maatschappelijk probleem?
In lessen op school moet meer aandacht besteed worden aan  actualiteit.
  • Niet nauwkeurig

Slide 12 - Slide

Een betogende spreekbeurt=SE1
Mondelinge spreekvaardigheid:
Overtuigen! Niet uit je nek zwammen!
publiek (voorkennis-taalgebruik-aandacht trekken-reacties)
stemgebruik
non-verbale communicatie

Bewegen mag! (voeten - handen - ademhaling)
Opbouw: aandachttrekker (vraag/uitspraak/beeld)-intro-kern (beperk)-slot

Slide 13 - Slide

Actueel onderwerp
Eigen keuze? Voorleggen aan docent.
Keuze uit lijst.

NU: duo's formeren, onderwerp bedenken en stelling bedenken -> sheet criteria voor goede stelling
Ga alvast op zoek naar bronnen.
timer
20:00

Slide 14 - Slide

1. Robotisering in de zorg                                 18. Ontgroening studentenvereniging
2. Misstanden in de (top)sport                        19. Vakbond (verplicht lidmaatschap)
3. Overbevolking                                                 20. Grenscontroles
4. Deepfake                                                          21. NOS-journaal in eenvoudige taal
5. Verhuftering van de maatschappij           
6. Pensioengerechtigde leeftijd zware beroepen
7. Thuiswerken                                                    
9. Kansenongelijkheid in het onderwijs             
10. Aanpak van voetbalgeweld                       
11. De wolf in Nederland                                    
12. Het koningshuis                                           
13. Cryptocurrency
14. Dierenrechten
15. Internetanonimiteit
16. Afschaffen eigen risico
17. Handhaving seksueel grensoverschrijdend gedrag op straat











































Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Doelen behaald?
Huiswerkopdracht
Standpunt: welke zijn er?
Argumenten: welke zijn er?
SE1: betogende spreekbeurt; onderwerp + stelling + bronnen

Slide 17 - Slide

Aan de slag!

Als je toe bent aan argumenten formuleren en weerleggen, dan met je klaar met de opdracht.
Ga dan naar www.nederlandsetaaltest.nl en maak de test.

Slide 18 - Slide

Nederlandse taaltest
Werkwoordspelling
Spelling             Zinsbouw /stijl                    woordenschat Uitdrukkingen/spreekwoorden/gezegdes
Grammatica: zinsontleding
Grammatica: woordbenoeming

Schrijf je scores op!!       menti.com

Slide 19 - Slide

Quizlet
Signaalwoorden:
herkennen + verbanden leren

Slide 20 - Slide

Soorten argumenten 

Voorbereiding mondeling betoog

Slide 21 - Slide