Opdracht 1
1 Groene stroom wordt opgewekt door onder andere windturbines.
2 In de stiltecoupé ergerde Joy zich groen en geel aan een bellende meneer.
3 In de wintermaanden strooit Omid broodkorsten voor de vogels.
4 Isa bouwt een bijenhotel: een broedplek voor bijen, die met uitsterven worden bedreigd.
5 In veel grote steden zijn oude dieselauto’s in het stadscentrum verboden.
6 Van alle Waddeneilanden is Texel het grootst en het heeft het hoogste inwoneraantal.
Opdracht 2
1 Het eerste deel heeft geen meervoud op -en.
2 Het eerste deel is geen zelfstandig naamwoord.
3 Het eerste deel heeft een meervoud op -en en -s.
4 Het eerste deel heeft een versterkende betekenis.
5 Het eerste deel heeft een meervoud op -en en -s.
6 Het eerste deel is iets waarvan er maar één is.
1 paardensport
2 zonnepaneel
3 machinekamer
4 jongeman
5 sterrenhemel
6 personenbus
Opdracht 4
1 openingsshow
2 betonsteen
3 bakkerszaak
4 verkeerscentrale
5 eetkamerstoel
6 geluidssignaal