Nederlands - Voorzetsels

Voorzetsels
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Voorzetsels

Slide 1 - Slide

Welke voorzetsels
kennen jullie al?

Slide 2 - Mind map

Theorie en voorbeelden
Een voorzetsels geeft vaak een tijd, plaats reden, of oorzaak aan.

Signaalwoorden:
Tijd: gedurende, onder, tijdens, in, op (jaartal)
Plaats: bij, in, op, naast, te, tussen, voor (plek)
Reden/oorzaak: vanwege, wegens, om, door (oorzaak)

Slide 3 - Slide

Voorbeeld: tijd
- In 1889 werd kleine Jan geboren.
De tijd is '1889'
dus op is het voorzetsel.
Dit is een tijdsaanduiding.

Slide 4 - Slide

Voorbeeld: plaats
- Henk kocht een nieuwe auto en zette hem gelijk in zijn garage.
De plaats is 'zijn garage'
dus in is het voorzetsel.
Dit is een plaatsaanduiding.

Slide 5 - Slide

Voorbeeld: reden
- Vanwege zijn griep kon hij niet naar school.
De reden is 'zijn griep'
dus vanwege is het voorzetsel.
Dit geeft namelijk een reden aan.

Slide 6 - Slide

Voorbeeld: oorzaak
- Door de harde wind had Rik moeite met naar school fietsen.
De oorzaak is 'de harde wind'
door is dus het voorzetsel.
Door is een voorzetsel voor een oorzaak.

Slide 7 - Slide

Welk voorzetsel past hier het best:
Hij zit op zijn mobiel ... het eten.
A
voor
B
tijdens
C
in
D
boven

Slide 8 - Quiz

... welke verdieping heb jij les?
A
In
B
Naast
C
Boven
D
Op

Slide 9 - Quiz

De fiets staat ... de brommer
A
op
B
naast
C
boven
D
met

Slide 10 - Quiz

De spits ... Ajax lag er gisteren weer uit.
A
op
B
tegen
C
van
D
achter

Slide 11 - Quiz

We gingen met zijn allen naar de bioscoop ... Ede.
A
in
B
op
C
bij
D
vanwege

Slide 12 - Quiz

Doe jij morgen mee ... die sponsorloop
A
tijdens
B
vanwege
C
in
D
met

Slide 13 - Quiz

We gingen met zijn allen ... de bioscoop in Ede.
A
in
B
tijdens
C
bij
D
naar

Slide 14 - Quiz

Einde
Onthou dus goed wat voorzetsels aangeven:
- tijden, plaatsen, redenen en oorzaken.

We hopen dat jullie wat geleerd hebben van deze les.

Slide 15 - Slide