§2.6 Skelet en leefwijze (2223)

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

§2.6 

Lesdoelen

1. Ik weet het verschil tussen een gewerveld en een ongewerveld dier en ik kan het herkennen in een afbeelding;

2. Ik kan botten benoemen in een skelet anders dan dat van de mens.

Hoe herken je gewervelden?

1. Hebben 4 poten
2. Schubben als huid
3. Hebben een wervelkolom
4. Leven op het land

Gewervelden

1. Vissen, vogels, reptielen, amfibieën en zoogdieren
2. Vogels, reptielen, zoogdieren, amfibieën en insecten
3. Vissen, reptielen, insecten en sponzen
4. Geleedpotigen, vogels, vissen, zoogdieren en reptielen

Is dit dier
gewerveld?

1. Ja
2. Nee
3. Waaraan moet ik dat zien? (leg uit)

gewervelde dieren

                                                      Hebben allemaal hetzelfde bouwplan:

                                     schedel, wervelkolom, ribben,

                           bekken, schouderbladen,

                        voorpoten, achterpoten.

Lesdoelen

1. Ik weet het verschil tussen een gewerveld en een ongewerveld dier en ik kan het herkennen in een afbeelding;

2. Ik kan botten benoemen in een skelet anders dan dat van de mens;

Lesdoelen

1. Ik weet het verschil tussen een gewerveld en een ongewerveld dier en ik kan het herkennen in een afbeelding;

2. Ik kan botten benoemen in een skelet anders dan dat van de mens;

Verschillende leefwijze --> 

verschillende vormen skelet

Gewervelden vaak nog zelfde 

(herkenbare) bouwplan

Verschillende leefwijze --> verschillende vormen skelet

Gewervelden vaak nog zelfde (herkenbare) bouwplan

Verschillende leefwijze --> verschillende vormen skelet

Gewervelden vaak nog zelfde (herkenbare) bouwplan

Die vorm past bij de functie

Hoe heet het
paarse bot?

1. ellepijp
2. spaakbeen
3. opperarmbeen
4. dijbeen

Hoe heet het bot
waar de pijl naar wijst?

Kijk naar de poten in
de afbeelding: wat kan
een topgander niet en
een teen- & zoolganger wel?

1. been buigen bij knie
2. onderbeen draaien t.o.v. bovenbeen
3. been draaien bij heup
4. geen idee, leg het even uit...

Lesdoelen

1. Ik weet het verschil tussen een gewerveld en een ongewerveld dier en ik kan het herkennen in een afbeelding;

2. Ik kan botten benoemen in een skelet anders dan dat van de mens;