Basisstof 6: Allemaal anders

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Goedemorgen!

This is the place to   Bio

Herhalen basisstof 5

1. Je kunt uitleggen dat door fotosynthese voedsel en zuurstof ontstaan voor dieren en mensen.
   
2. Je kunt de fotosynthese beschrijven
   
3. Je kunt aangeven welke delen van planten de mens gebruikt als voedsel. 

Voedingsstoffen zijn bruikbare bestanddelen in voedingsmiddelen

1. juist
2. onjuist

Hoe noem je het als planten voedingsstoffen maken?

1. Verbranding
2. Fotosynthese

Wat zijn geen eetbare stengels?

1. asperge
2. spinazie
3. rabarber
4. koolrabi

Wat is geen eetbare wortel?

1. radijs
2. bietje
3. gember
4. courgette

Wat zijn geen eetbare bloemen?

1. bloemkool
2. broccoli
3. kiwi

Wat kan een plant maken van glucose?

1. eiwitten
2. vetten
3. zetmeel
4. alles is goed

Fotosynthese
Wat is NIET waar?

1. Dit vindt plaats bij sommige dieren en alle planten
2. Dit vindt plaats in groene planten
3. Dit vindt plaats in de bladgroenkorrels
4. Hierdoor maakt de plant zijn eigen voedsel

Glucose wordt gemaakt in de ..... van een plantencel

1. Cytoplasma
2. Celkern
3. Vacuole
4. Bloedgroenkorrels

Wat zijn geen eetbare zaden?

1. aardbeien
2. mais
3. bruine bonen
4. witte bonen

's nachts doen planten aan fotosynthese

1. Waar
2. Niet waar

Wat is de fotosynthesereactie?

1. zuurstof+water--> glucose+koolstofdioxide
2. zuurstof+glucose--> water+koolstofdioxide
3. water+koolstofdioxide --> zuurstof+glucose
4. zuurstof+koolstofdioxide--> water+glucose

Wat heeft een plant niet nodig om zelf voedingsstoffen te maken?

1. Zuurstof
2. Koolstofdioxide
3. Glucose
4. Zonlicht

Wat zijn geen eetbare vruchten?

1. paprika
2. komkommer
3. bloemkool
4. tomaat

wat zijn geen eetbare bladeren?

1. rode kool
2. rabarber
3. spinazie
4. prei

In bladgroenkorrels wordt glucose

1. afgebroken
2. gemaakt

Thema 1: 

Planten en dieren

Basisstof 6:

Allemaal anders

Leerdoelen

1. Je kunt aanpassingen bij planten beschrijven
2. Je kunt aanpassingen bij dieren beschrijven 

Waterdieren

Alle waterdieren zijn altijd gestroomlijnd.

Daardoor kunnen zij sneller door het water bewegen.

We zien dat (water)dieren uit verschillende groepen gestroomlijnd zijn. Het is dus een nuttige aanpassing voor het leven in de zee.

 Waterplanten

• Bladeren dichtbij of op het wateroppervlak (licht)
• Stengels zijn slap
• Stengels kunnen luchtkanalen bevatten (O2)
• Bloemen boven het water
• Wortels in de modder of in het water

Wortelstelsel

Alle wortels samen noemen we het wortelstelsel:

• hoofdwortel
• zijwortel
• wortelharen

Wortelstelsel

Functies wortelstelsel:

1. Water en mineralen opnemen.
2. Plant stevig vastzetten.
3. Reservestoffen opslaan.

Bescherming

In de natuur kom je bij organismen veel aanpassingen tegen die dienen ter bescherming

Vogelsnavels

Bij vogels zien we aanpassingen aan de snavel. Deze aanpassingen zeggen iets over het eetgedrag.

1. een snavel voor zaden/nootjes
2. een snavel voor insecten
3. een snavel voor vlees
4. een snavel voor bodemdieren
5. een snavel voor waterbeestjes

Zoolganger

Beer

Hoefganger

Paard

Leeuw

teenganger

Aan de slag

Lezen:

Basisstof 6: Allemaal anders

Maken:

Opdracht 1 t/m 4 & 6 t/m 10

Leerdoelen

1. Je kunt aanpassingen bij planten beschrijven
2. Je kunt aanpassingen bij dieren beschrijven 

Ik heb de leerdoelen van deze les onder de knie

😒🙁😐🙂😃

Wat vind je lastig?
Waar zou je meer over willen weten?