4A - hen/hun - bez vnw

Spelling
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Spelling

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Donderdag 2 november
Lezen Perenbomen bloeien wit 
Instructie hen/hun en bez. vnw
Even oefenen
Aan de slag 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

hen/hun
hen = lijdend voorwerp.
Gebruik hen na een voorzetsel. Ik reken op hen.

hun = meewerkend voorwerp
Ik heb hun advies gevraagd.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Je gebruikt hen:
  • als het een lijdend voorwerp is. Ik zie hen buitenspelen.
  • na een voorzetsel. Ik geef de boeken aan hen.

Je gebruikt hun: 
  • bij personen in een meewerkend voorwerp zonder voorzetsel ervoor. Hij geeft hun de bos bloemen. 

Tip: denk er aan/voor bij als voorzetsel





HEN of HUN?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions


Is het hen of hun?

Ik vertelde hen/hun het nieuws. 
A
hen
B
hun

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

hun of hen?
A
Die boeken zijn van hen
B
Die boeken zijn van hun

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

De medewerker beloofde de computer aan hen / hun terug te bezorgen
A
Hen
B
Hun

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Hulpverleners kunnen hen / hun niet goed bereiken.


A
hen
B
hun

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

'Hen' is altijd:
A
lijdend voorwerp
B
onderwerp
C
meewerkend voorwerp

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

bezittelijk voornaamwoord

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Bezit


Jou/jouw 
 u/uw 
 mij/mijn 
 me/mijn

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Bezittelijke voornaamwoorden
  • Met het bezittelijk voornaamwoord geef je aan van wie of wat iets is. 

  • Je kunt de volgende bezittelijke voornaamwoorden tegenkomen: mijn, jouw/je, zijn, haar, uw, ons/onze, jullie, hun 


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Bezittelijk voornaamwoord

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

'Jullie' kan een persoonlijk en een bezittelijk voornaamwoord zijn
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

In noodgevallen kan ik altijd op jou / jouw rekenen.
A
jou
B
jouw

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Dat is u / uw pen.
A
u
B
uw

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

u / uw hond is erg schattig.
A
u
B
uw

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Ik heb een cadeautje voor jou / jouw.
A
jou
B
jouw

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Ik heb me / mijn leesboek.
A
me
B
mijn

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Wil je jou / jouw kleding opruimen?
A
Jou
B
Jouw

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions


Lees beide / beiden hoofdstukken.
A
beide
B
beiden

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Dat is voor ons beide / beiden het handigst.
A
beide
B
beiden

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

De broers maken ruzie, maar beide/beiden hebben schuld.
A
beide
B
beiden

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

De juf heeft jullie beide / beiden gewaarschuwd.
A
beide
B
beiden

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Onze vrienden waren alle / allen aanwezig op het feestje.
A
alle
B
allen

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

De honden werden alle / allen uitgelaten.
A
alle
B
allen

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

rijst + brij / zon + scherm / steken + blind / paard + middel

Slide 28 - Open question

rijstebrij
zonnescherm
stekeblind
paardenmiddel
Aan de slag
Je maakt een blooket met voorbeelden van 
- tussenletters en 
- meervouds -n bij verwijzingen.
- hen/hun
- bezittelijke voornaamwoorden

- minimaal twee theoretische vragen
- minimaal vijf meerkeuzevragen 
- maak het jezelf niet te gemakkelijk: werk op niveau 4vwo
 

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk 
Studiemeter: 
Taalverzorging -> stijlkwesties -> 
zij/hun/hen
jou / jouw
alle(n)/enige(n)

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Inloggen toa toetsplatform
www.toets.nl -> Inloggen -> TOA Toetsplatform

Gebruikersnaam: OV-Nummer
Wachtwoord: R + geboortedatum (R01012001)
Code: VISTA

Slide 31 - Slide

This item has no instructions