SO les 4-5 nabespreken

• Latijn
• WO
• Studiejaar 1

Nabespreken SO

In deze lessonup zie je de goede antwoorden en beantwoord je vragen om je te helpen reflecteren op je leerproces.

Als je iets niet snapt, vraag het dan aan de docent.

Opdr. 1 (MO-achtig)

1. ignis ardet
2. filiis licet
3. diu orant
4. matris auxilium
5. een vriend van de godin

Nakijken

1. het vuur brandt
2. het is toegestaan voor de zoons / de zoons mogen
3. ze bidden lange tijd
4. hulp van de moeder
5. amicus deae

Kies de uitspraak die het beste past

1. dit lukte wel, omdat ik de woorden goed had geleerd
2. dit lukte wel, doordat ik logisch nadacht
3. dit lukte niet, doordat ik de woorden niet goed had geleerd
4. dit lukte niet, doordat ik de combinaties niet snapte/uitgangen niet herkende

Opdr. II

1. culpa = nom/abl.ev.v. (rijtje femina)
2. eos = acc.mv.m. (rijtje PVNW, vgl servus)
3. militum = gen.mv.m (rijtje rex) 

Over opdr. II
vul aan: dit lukte wel/niet, doordat.....

opdr. III

1. Rex1 servo3 mandatum2 dat.
   De koning geeft een opdracht aan de slaaf. 
2. Romulus_et_Remus1 urbem2 aedificant.
   Romulus en Remus bouwen een stad.
3. Amicus1 me2 vocat.
   Een vriend roept mij.

Als je deze opdracht III op de toets in de PWW weer zou krijgen, hoe zou je die aanpakken?

Vragen tekst 4

1. a)  ablativus (rijtje nomen)   
   b) accusativus (rijtje PVNW, vgl servus)
2. B 
3. a) ganzen
   b) door de aanvallende Galliërs van de burcht te stoten 

Vragen tekst 5

1. a)  lijdend voorwerp / 2  (het is namelijk accusativus)
   b) meewerkend voorwerp / 3 (het is nml. dativus)
   c) meewerkend voorwerp / 3 (het is nml. dativus)
2. a) het vuur van Vesta brandende houden
   b) r. 12 (daar staat dat ze het saai vinden; taedet) 
3. lacrimant (r. 18)
   - ik heb puellae ook goed gerekend.
   
   

Hoe had je teksten geleerd en hielp dat om de vragen te beantwoorden?

Het proefwerk in de PWW lijkt in veel opzichten op dit SO. Wat neem je je voor voor het leren voor het proefwerk?