1.3 Rekenen aan gehaltes

Welkom, ga lekker zitten
Welkom, ga lekker zitten
1 / 22
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 22 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Welkom, ga lekker zitten
Welkom, ga lekker zitten

Slide 1 - Slide

Doelen van de vorige les:
Rekenen met de mol/getal van Avogadro
Rekenen met dichtheid 

Slide 2 - Slide

Doelen van deze les:
  • Rekenen  met gehaltes: concentratie, massa%, volume%, massa-ppm, massa-ppb
  • Significante cijfers

Slide 3 - Slide

Significante cijfers
Meting = getal met een beperkt aantal betekenisvolle cijfers.
Aantal cijfers in een meetwaarde = aantal significante cijfers
Tel van links naar rechts alle cijfers, maar de 0 AAN HET BEGIN telt niet mee. (0,1230 heeft 4 significante cijfers).
Meetinstrument bepaalt de nauwkeurigheid
(=aantal significante cijfers)

Slide 4 - Slide

Wetenschappelijke notatie
  • 1 tot 9 voor de komma (niet 0!)
  • aantal significante cijfers min 1 achter de komma 
  • macht van 10 
98765 met 3 significante cijfers: 9,88 * 104

Slide 5 - Slide


TIP: rekenmachine in wetenschappelijke notatie zetten
TIP: afronden pas aan het eind
TIP: omzetten kg <--> g etc. meteen in het begin


Slide 6 - Slide

Afronden
Optellen/aftrekken: afronden op kleinste aantal decimalen 

Vermenigvuldigen/delen: afronden op het kleinste aantal significante cijfers in de meetwaarden

NIET tussentijds afronden maar tussenantwoorden in je rekenmachine laten staan (op je blaadje noteer je 2 extra cijfers)

Slide 7 - Slide

Rekenmachine
Rekenmachine: mode -> sci -> #significante cijfers 
(Casio 1~9, TI: flow = aantal cijfers achter de komma). 
Het aantal significante cijfers dat je kiest = het laagste aantal significante cijfers in een meetwaarde (let op: telwaardes hebben een 
oneindige significantie)

Slide 8 - Slide

noteer 
in wetenschappelijke notatie met het juiste aantal sign. cijfers
6,12 /4,274 
123,0 / 0,785
6,35 x 0,0004
1,62*10-4 - 0,72*10-5

timer
4:00

Slide 9 - Slide

in wetenschappelijke notatie met het juiste aantal sign. cijfers
6,12 /4,274               = 1,43                                  (6,12 drie sign cijfers)
123,0 / 0,000785  = 1,57 * 105                      (0,000785 drie sign. cijfers)
6,35 x 0,0004         = 3 * 10-3                         (0,0004 één sgn. cijfer)               
1,62*10-4 - 0,72*10-5 =   1,55*10-4

Slide 10 - Slide

Percentage (pph), ppm en ppb
....percentage=geheeldeel102
...ppm=geheeldeel106
...ppb=geheeldeel109
massa of volume

Slide 11 - Slide

Concentratie
Concentratie = hoeveelheid stof per liter (dm3)

'Hoeveelheid' kan zijn
  • massa (gram) 
  • aantal mol (n)

[A] = concentratie = aantal mol per liter = molariteit = molair

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

timer
1:00

Slide 15 - Slide

0,12 g glucose opgelost in een oplossing met een massa van 250 g (                                     ).
Bereken:

ρ=0,998kg.L1

Slide 16 - Slide

0,12 g glucose opgelost in een oplossing met een massa van 250 g (                                     ).

ρ=0,998kg.L1

Slide 17 - Slide

0,12 g glucose opgelost in een oplossing met een massa van 250 g (                                     ).
Bereken:
b: volume van de oplossing in L

ρ=0,998kg.L1

Slide 18 - Slide

0,12 g glucose opgelost in een oplossing met een massa van 250 g (                                     ).



ρ=0,998kg.L1

Slide 19 - Slide

Huiswerk

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video