C6 les 31 §3 Verwijswoorden

Cursus 6    Formuleren
§ 3  Verwijswoorden

les 31
1 / 20
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 20 slides, with text slides.

Items in this lesson

Cursus 6    Formuleren
§ 3  Verwijswoorden

les 31

Slide 1 - Slide

Welkom! 
Leg alvast je spullen klaar:

  • Leesboek
  • Laptop
of
  • Lesboek/schrift/etui
timer
1:00

Slide 2 - Slide

Huiswerk

maken:
Cursus 6  Formuleren
§ 2 De- en het-woorden -> boek/laptop
blz. 216-217 -> opdracht 2-3-4-5-6



Slide 3 - Slide

Wat gaan we doen?

  • herhalen §1 en §2 
  • lesdoel
  • instructie
  • samen oefenen
  • zelfstandig werken 
  • huiswerk 

Slide 4 - Slide

§1  Volledige zinnen

Lesdoel:
Je leert volledige zinnen maken.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

 §2 De- en het-woorden
Lesdoel:
  • Je leert bepalen of een zelfstandig naamwoord het lidwoord de of het krijgt.

Slide 8 - Slide

 §2

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Slide 11 - Slide

Verwijswoorden
Verwijswoorden verwijzen terug naar een ander woord of groepje woorden dat eerder genoemd is.
 
Meestal staat dat woord of groepje woorden één regel eerder. Maar soms moet je verder terugkijken.


Slide 12 - Slide

Voorbeelden van verwijswoorden zijn:

die, deze, dit, dat
hij, hem, ze, zij, het, hen, (persoonlijk) 
mijn, zijn, hen, hun, haar (bezittelijk)

Slide 13 - Slide

die, deze, dit, dat
Verwijswoorden wijzen meestal terug naar een woord dat eerder genoemd is. 
Naar de-woorden (m/v) wijs je terug met deze en die
naar het-woorden (o) met dit en dat

Met dat kun je ook naar een hele zin verwijzen.
Er loopt een stier op de snelweg. Dat is erg gevaarlijk.

Slide 14 - Slide

Zo gebruik je verwijswoorden
Naar zelfstandige naamwoorden kun je verwijzen met:






Weet je niet of een woord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is? Kijk dan in een (online) woordenboek.

Voordoen                       online woordenboek - m/v/o
                                       www.woordenlijst.org

Slide 15 - Slide

voorbeelden

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link

Instructie opgaven
opdracht 1 t/m 7 

Slide 18 - Slide

Zelfstandig werken 
Maak: 
Cursus 6 Formuleren
§ 3 Verwijswoorden-> boek/laptop
blz.:  218-219: opdracht  1-2-3-4-5-6-7
Heb je een vraag?
Steek je vinger op!
Ben je klaar?
  • opdracht 8 en 9
  • lezen
  • ander huiswerk
  • oefentoetsen alvast maken

Slide 19 - Slide

Huiswerk

maken:
Cursus 6 Formuleren
§ 3 Verwijswoorden-> boek/laptop
blz.: 218-219: opdracht 1-2-3-4-5-6-7

Slide 20 - Slide