H3 - Spelling H1

Spelling H1
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Spelling H1

Slide 1 - Slide

Wat is de juiste afkorting van 'bijvoorbeeld'?
A
bijv
B
bijv.

Slide 2 - Quiz

Wat is juist?
A
EHBO
B
E.H.B.O.

Slide 3 - Quiz

Wat is juist?
A
horeca
B
ho.re.ca

Slide 4 - Quiz

Je schrijft wel een punt...
Je schrijft geen punt...
Aan het eind van een ''gewone'' zin
Als de afkorting als woord wordt uitgesproken (acroniem)
horeca, Benelux, NAVO, havo, 
Bij afkortingen waar je het hele woord uitspreekt
bijv. enz. etc. b.v.d. 
Als je van de afkorting alleen de letters uitspreekt
EHBO, ID-kaart, wc
Na een titel
Als er al een leesteken aan het eind van de zin staat 

Slide 5 - Slide

Wat is juist?
A
Sinds ze het weet, behandelt ze me anders
B
Sinds ze het weet behandelt ze me anders

Slide 6 - Quiz

Wat is juist?
A
Ik kom vandaag niet naar school, want ik ben ziek
B
Ik kom niet naar school want ik ben ziek

Slide 7 - Quiz

Komma
  •  Tussen twee persoonsvormen
  • Voor voegwoorden als want, omdat, waardoor, daardoor, maar etc. 
  • Tussen de delen van een opsomming

Slide 8 - Slide

Wanneer gebruik je de puntkomma?

Slide 9 - Open question

Puntkomma
  • Tussen twee zinnen die nauw met elkaar samenhangen (ter vervanging van een voegwoord);
Frank was te laat; zijn fiets bleek gestolen.
  • Tussen delen van een opsomming als deze aangegeven wordt met opsommingstekens (achter het laatste deel schrijf je dan een punt). 

Slide 10 - Slide

Dubbele punt
  • Altijd een aankondiging!
  1. Van een citaat
  2. Van een opsomming
  3. Van een uitleg

Slide 11 - Slide

Aanhalingstekens
  • Als een woord ironisch gebruikt wordt
Dat ging natuurlijk 'per ongeluk' 
  • Als je nadruk wilt leggen
Hoe spel je 'creëren' ook alweer? 
  • Bij citaten (zowel geschreven als gesproken)
NRC kopt: 'Aantal slachtoffers aardbeving opgelopen tot 200.000' 
  • Bij een zelfbedacht woord
Om mensen aan het lezen te houden, wordt literatuur soms 'verstript'. 

Slide 12 - Slide

Huiswerk
Opdracht 3, 5, 8, 10, 12
(blz. 78-82) 

Slide 13 - Slide

Dictee

Slide 14 - Slide