Week 31

Welcome!
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welcome!

Slide 1 - Slide

SO onregelamtige werkwoorden 

  • (to catch t/m to drive)
  • Dinsdag 1 Juni 8e uur

Slide 2 - Slide

This year
  • Fysiek les
  • Hoofdstuk 3 afmaken
  • Onregelmatige werkwoorden
  • Spreekvaardigheid oefenen. 

Slide 3 - Slide

Kies uit: much apples / many apples
Waarom?

Slide 4 - Open question

What are we going to do today?
  • So onreglematige werkwoorden
  • Herhaling: much / many 
  • Uitleg: a lot of / a few / a little
  • Oefen opdracht.

Slide 5 - Slide

Today's goals: Grammar
  • Vertellen wat much, many & a lot of betekenen in het NL.
  • Het verschil in gebruik tussen much, many & a lot of uitleggen en toepassen.



Slide 6 - Slide

HOMEWORK
Maak online
Unit 3 Paragraaf 4 Opdracht 8 t/m 10

Slide 7 - Slide

Much, many & a lot of

Slide 8 - Slide

Met deze woorden zeg je hoe veel er van iets is:
much, many, a lot of
veel
a little
een beetje
a few
een paar
little, few
weinig

Slide 9 - Slide

Telbare zelfstandige naamwoorden



  • many
  • few / a few
  • a lot of 

Slide 10 - Slide

Vul in: I have ... (een paar) friends

Slide 11 - Open question

Niet-Telbare zelfstandige naamwoorden



  • many
  • a little / little 
  • a lot of

Slide 12 - Slide

Vul in: They did ... (weinig) work

Slide 13 - Open question

Voorbeelden

Slide 14 - Slide

‘Veel’, ‘weinig’, ‘een beetje’
Vul de ontbrekende woorden in.

  1. Some plants need ____ (veel) water.
  2. Do you have ____ (veel) subjects at school?
  3. I'd like ____ (een beetje) rice with my fish, please.
  4. Sian has got ____ (weinig) nephews and nieces.
  5. Do you have ____ (veel) homework today?
  6. There aren't ____ (veel) pictures on my bedroom wall.
  7. The plane will depart in ____ (een paar) minutes.
  8. They always watch ____ (veel) movies.
timer
5:00

Slide 15 - Slide

‘Veel’, ‘weinig’, ‘een beetje’
Vul de ontbrekende woorden in.

  1. a lot of 
  2. many 
  3. a little 
  4. few 
  5. much 
  6. many 
  7. a few 
  8. a lot of 

Slide 16 - Slide

HOMEWORK
Maak online
Unit 3 Paragraaf 5 Opdracht 1 t/m 3

Slide 17 - Slide