H7 herhalen 7.1 + 7.2

Programma van de les
Programma:
  • hoofdstuk 7


Lesdoelen:


1 / 39
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Programma van de les
Programma:
  • hoofdstuk 7


Lesdoelen:


Slide 1 - Slide

Zet de centrummaten links en de spreidingsmaten rechts
Gemiddelde
Mediaan
Modus
Spreidingsbreedte
Standaardafwijking
kwartielafstand

Slide 2 - Drag question

Wanneer is een steekproef representatief?
A
Als de steekproef netjes is
B
Als de steekproef aselect en voldoende groot is
C
Als de steekproef door een expert wordt uitgevoerd
D
Als de steekproefproportie meer dan 50% is

Slide 3 - Quiz

Tweetoppige verdeling
Rechts-scheve verdeling
Links-scheve verdeling
uniforme verdeling
Symmetrische  verdeling

Slide 4 - Drag question

Verdelingen
Symmetrische verdeling
Waar zitten de modus, mediaan en het gemiddelde?

Slide 5 - Slide

Symmetrische verdeling
              modus
              mediaan
              gemiddelde

Slide 6 - Slide

Rechts-scheve verdeling
Waar zitten de modus, mediaan en het gemiddelde?

Slide 7 - Slide

Rechts-scheve verdeling
              modus
              mediaan
              gemiddelde

Slide 8 - Slide

Links-scheve verdeling
              modus
              mediaan
              gemiddelde

Slide 9 - Slide

              modus
              mediaan
              gemiddelde
Twee- of meertoppige verdeling
??

Slide 10 - Slide

              modus
              mediaan
              gemiddelde
Uniforme verdeling
er is geen modus

Slide 11 - Slide

soorten verdelingen
gelijke modus
en mediaan
   (evenveel 
    waardes)
spreiding is groter
gemiddelde is hoger
standaardafwijking is groter
uitschieter /
uitbijter

Slide 12 - Slide

verdelingskromme

Slide 13 - Slide

cumulatieve verdelingskromme

Slide 14 - Slide

normale verdeling            normaalkromme
gemiddelde
bij
normale verdeling

Slide 15 - Slide

normale verdeling            normaalkromme
sigma =
standaardafwijking

Slide 16 - Slide

normale verdeling            normaalkromme

Slide 17 - Slide

normaalkromme

Slide 18 - Slide

Verdeling van het steekproefgemiddelde
Er worden in dit voorbeeld steeds steekproeven van 9 kiwi's genomen --> n = 9 

Steekproevenverdeling --> verdeling steekproefgemiddeldes van de kiwi's

Standaardafwijking steekproevenverdeling:
nσ=99=39=3

Slide 19 - Slide

Betrouwbaarheidsintervallen
voor
het populatiegemiddelde


§7.2
4 Havo

Slide 20 - Slide

Betrouwbaarheidsintervallen
voor
het populatiegemiddelde


§7.2
4 Havo
S=nσ
steekproefstandaardafwijking
standaardafwijking
aantal per groep

Slide 21 - Slide

Betrouwbaarheidsinterval
voor
een gemiddelde


§7.2 Theorie B
4 Havo
_________________________________________________
_________

Slide 22 - Slide

Betrouwbaarheidsinterval
voor
een gemiddelde


§7.2 Theorie B
4 Havo

Slide 23 - Slide

Betrouwbaarheidsinterval
voor
een gemiddelde


§7.2 Theorie B
4 Havo

Slide 24 - Slide

Betrouwbaarheidsinterval
voor
een gemiddelde


§7.2 Theorie B
4 Havo

Slide 25 - Slide

Betrouwbaarheidsinterval
voor
een gemiddelde


§7.2 Theorie B
4 Havo
Een steekproefgemiddelde (X) dat in het groene gebied valt, noemen we 'waarschijnlijk'.
_

Slide 26 - Slide

Betrouwbaarheidsinterval
voor
een gemiddelde


§7.2 Theorie B
4 Havo
Een steekproefgemiddelde (X) dat in het groene gebied valt, noemen we 'waarschijnlijk'.
_
Een steekproefgemiddelde (X) dat in een rood gebied valt, noemen we 'onwaarschijnlijk'.
_

Slide 27 - Slide

Betrouwbaarheidsinterval
voor
een gemiddelde


§7.2 Theorie B
4 Havo
Een steekproefgemiddelde (X) dat in het groene gebied valt, noemen we 'waarschijnlijk'.
_
Een steekproefgemiddelde (X) dat in een rood gebied valt, noemen we 'onwaarschijnlijk'.
_
μ2nσ,μ+2nσ
X
__
ligt tussen:
[
]
Dit is het 95%-betrouwbaarheidsinterval voor X
_

Slide 28 - Slide

Betrouwbaarheidsinterval
voor
een gemiddelde


§7.2 Theorie B
4 Havo
We kunnen ook andersom rekenen:
Het populatiegemiddelde (    ) verschilt in 95% van de gevallen minder dan               van het steekproefgemiddelde (X).
μ
2nσ
_

Slide 29 - Slide

Betrouwbaarheidsinterval
voor
een gemiddelde


§7.2 Theorie B
4 Havo
       schatten we hierbij door de steekproefstandaardafwijking te nemen.
We kunnen ook andersom rekenen:
Het populatiegemiddelde (    ) verschilt in 95% van de gevallen minder dan               van het steekproefgemiddelde (X).
μ
2nσ
_
σ

Slide 30 - Slide

Betrouwbaarheidsinterval
voor
een gemiddelde


§7.2 Theorie B
4 Havo
       schatten we hierbij door de steekproefstandaardafwijking (S) te nemen.
We kunnen ook andersom rekenen:
X2nS,X+2nS
[
]
Het populatiegemiddelde (    ) verschilt in 95% van de gevallen minder dan               van het steekproefgemiddelde (X).
μ
2nσ
_
σ
ligt tussen:
μ
__
__
Dit is het 95%-betrouwbaarheidsinterval voor µ

Slide 31 - Slide

Aan de slag
Wat?
Opdracht 21, 22, 23,
26 en 29
(p. 104)

Hoe? 
Zelfstandig
Klaar? Kijk dan naar opdr. 26 en 29
timer
18:00

Slide 32 - Slide


Bij een steekproef onder 300 huishoudens van een stad is gekeken naar de hoeveelheden glasafval. De gemiddelde hoeveelheid glasafval bleek per huishouden 48,4 kg te zijn met een steekproefstandaardafwijking van 11,2 kg. Bereken het 95%-betrouwbaarheidsinterval voor de gemiddelde hoeveelheid glasafval per huishouden in deze stad. Rond af op twee decimalen

Slide 33 - Open question

Steekproefgemiddelde:  

Standaardafwijking van het steekproefgemiddelde:
X=48,4kg
S=11,2kg
Linkergrens: 
Rechtergrens:
X2nS=48,4230011,2=48,41,293...=47,106...47,12kg
Afronden op twee decimalen!
X+2nS=48,4+230011,2=48,4+1,293...=49,693...49,69kg
95%-betrouwbaarheidsinterval voor het gemiddelde gewicht van de hoeveelheid glasafval per huishouden in de stad (in kg):

[47,12 ; 49,69]
_
_
_

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Verdeling steekproefproporties
Populatie- en steekproefproporties --> aangeduid met p
  • p heeft altijd een waarde tussen 0 en 1 --> 0 < p < 1
  • deel van geheel b.v. 50 van de 200 --> p = 50/200 = 0,25
  • gegeven als percentage b.v. 63% --> p = 0,63

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide


Jochem doet onderzoek naar de kleur van de personenauto's die in Nederland rondrijden. Hij noteert van 575 auto's de kleur. Van de proportie zwarte auto's is het 95%-betrouwbaarheidsinterval [0,224 ; 0,296].
a) Bereken in twee decimalen nauwkeurig de steekproefproportie van het aantal zwarte auto's in de steekproef. 

Slide 38 - Open question

95% betrouwbaarheidsinterval proportie zwarte auto's:
[0,224; 0,296]

Steekproefproportie gemiddelde linkergrens en rechtergrens: 





20,224+0,296=0,26

Slide 39 - Slide