Bs 4 Vorming van gedrag (V5)

Bs 4 Vorming van gedrag
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Bs 4 Vorming van gedrag

Slide 1 - Slide

Wat is gedrag?

Slide 2 - Open question

Ik kan ...
  • vertellen waardoor gedrag wordt veroorzaakt.
  • vertellen wat een interne prikkel is en wat een externe prikkel is.
  • uitleggen dat een baby/jong ander gedrag vertoont dan een volwassene, omdat de behoeften anders zijn.
  • minstens twee voorbeelden geven waarbij een leerproces gedrag heeft beïnvloed.
  • het verschil tussen een prikkel, sleutelprikkel en een supranormale prikkel uitleggen.

Slide 3 - Slide

Wat veroorzaakt gedrag?
Gedrag kent verschillende vormen en functies.

We maken onderscheid tussen:
  • Aangeboren gedrag (erfelijke eigenschap)
  • Aangeleerd gedrag (ervaring)

Slide 4 - Slide

Wat veroorzaakt gedrag?
(prikkels)
Gedrag begint altijd met een prikkel

Prikkels komen van:
  • Interne milieu (binnen in het lichaam)
  • Externe milieu (vanuit omgeving)

Slide 5 - Slide

 Prikkels en motivatie.
  • Interne prikkels 
  • Externe prikkels --> zintuigen


  • Motivatie = bereidheid om bepaalde gedragssystemen uit te 
                              voeren.

  • Periodieke invloeden zoals daglengte en temperatuur

Slide 6 - Slide

Andere factoren met invloed op het gedrag
  • Fysiologie
  • Anatomie (bouw)
  • Ontwikkelingsfase
  • Gezondheid
  • Leerprocessen

Slide 7 - Slide

Aantal belangrijke zinnen...
  • Door natuurlijke selectie kan de frequentie van adequaat gedrag toenemen. 
  • Prikkels (intern/extern) - waargenomen door zenuwstelsel 
  • Motivatie is de bereidheid om een bepaald gedragssysteem uit te voeren. Honger is geen motivatie maar vergroot de motivatie
  • Effectieve handelingen verminderen de prikkels en verzwakken uiteindelijk de motivatie. 

Slide 8 - Slide

Nico Tinbergen (1907-1988)
Sleutelprikkel: een prikkel waarop altijd hetzelfde gedrag volgt.

Slide 9 - Slide

Nico Tinbergen (1907-1988)
Supranormale prikkel: versterkte sleutelprikkel

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Supranormale prikkels
Supranormale prikkels: versterkte sleutelprikkel 
Leidt tot een sterkere respons

Overdreven eigenschappen = gebruik maken van supranormale prikkels

Slide 13 - Slide

Hoe komt het dat we dan toch kleine ongezonde dingen opeten, als we geen echte honger hebben?
A
De interne prikkel is zwak, maar de externe prikkel is sterk genoeg om te motiveren.
B
De externe prikkel is zwak, maar de interne prikkel is sterk genoeg om te motiveren.

Slide 14 - Quiz

Chimpansees halen met een stokje termieten uit een termietenheuvel.
Een onderzoeker wil weten in welke mate dit gedrag is aangeleerd. Welke twee redenaties kan hij daarbij volgen?
A
Als het gedrag vooral is bepaald door erfelijke factoren dan vertonen alleen jonge chimpansees dit gedrag
B
Als het gedrag vooral is bepaald door erfelijke factoren dan vertonen alle chimpansees dit gedrag
C
Als alleen volwassen apen dit gedrag vertonen dan is het gedrag bepaald door leerprocessen
D
Als bij veel volwassen apen het gedrag verandert dan is het bepaald door leerprocessen.

Slide 15 - Quiz

De jonge pimpelmeesjes sperren. Op welke inwendige en uitwendige prikkels reageren de vogels?

Slide 16 - Open question

Je moet het slim spelen...

Slide 17 - Slide

Ik heb het volgende geleerd ....

Slide 18 - Open question

Ik kan ...
  • vertellen waardoor gedrag wordt veroorzaakt.
  • vertellen wat een interne prikkel is en wat een externe prikkel is.
  • uitleggen dat een baby/jong ander gedrag vertoont dan een volwassene, omdat de behoeften anders zijn.
  • minstens twee voorbeelden geven waarbij een leerproces gedrag heeft beïnvloed.
  • het verschil tussen een prikkel, sleutelprikkel en een supranormale prikkel uitleggen.

Slide 19 - Slide

begrippen
Sleutelprikkel 
* prikkel die een doorslaggevende rol speelt bij het vormen van gedrag
* door een sleutelprikkel komt erfelijk gedrag tot uiting

Supranormale prikkel
* prikkel die een sterkere motivatie en grotere kans op respons opwekt
* deze respons is erfelijk bepaald en is voorspelbaar

Slide 20 - Slide

Begrippen
Motivatie
* bereidheid om bepaald gedrag uit te voeren, bepaalt kans op gedrag 
* hoe groter interne en/of externe prikkels, hoe groter motivatie

Adequaat gedrag
* vergroot kans op overleven + vergroot fitness (aantal nakomelingen)
* wordt doorgegeven via genen en leren
* frequentie gedrag neemt toe door natuurlijke selectie

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video