5.2

Naam
Nummer
Naam
Nummer
Ritaj & Kris
1
Roma
16
Abdelrahmane & Misha
2
Ismail
17
Haider
3
Angelina
18
Grmawi
4
Kacper
19
Ronin
5
Bente
20
Can
6
Imran
21
Aïsha
7
Minas
22
Milo
8
Mohanad
23
Meron
9
Ismail
24
Lawie
10
Malak
25
Batoel
11
Lily
26
Lieke
12
Anthony
27
Noah
13
Malik
28
Omar
14
Meike
29
Leandro
15
May
30
1 / 13
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Naam
Nummer
Naam
Nummer
Ritaj & Kris
1
Roma
16
Abdelrahmane & Misha
2
Ismail
17
Haider
3
Angelina
18
Grmawi
4
Kacper
19
Ronin
5
Bente
20
Can
6
Imran
21
Aïsha
7
Minas
22
Milo
8
Mohanad
23
Meron
9
Ismail
24
Lawie
10
Malak
25
Batoel
11
Lily
26
Lieke
12
Anthony
27
Noah
13
Malik
28
Omar
14
Meike
29
Leandro
15
May
30

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Herhalen vorige les.
  • Huiswerk controleren.
  • Uitleg 5.2
  • Werken.
  • Uitleg 5.2

Slide 3 - Slide

  • Wie is ouder, de VOC of de WIC?
  • Waarom werd er samengewerkt in compagnieën?
  • Waar werd uiteindelijk het meeste geld mee verdient?

Slide 4 - Slide

Landen verhandelen producten over de hele wereld met elkaar.
Welk begrip hoort hierbij?

Slide 5 - Slide

Nakijken.
  • Blz 5.2 vraag 1 t/m 6.
  • Eén persoon leest de vraag voor.
  • Heb je iets anders? Steek je vinger op en zeg het, soms is meer dan één antwoord goed.
  •  Zorg ervoor dat je de juiste antwoorden overneemt.

Slide 6 - Slide

Lesdoel
  • Je kunt uitleggen waarom Europeanen op grote schaal in slaven handelden.
  •  Je kunt beschrijven wat er gebeurde met mensen die tot slaaf waren gemaakt.

Slide 7 - Slide

  • In welke producten handelde de WIC?
  • Hoeveel kostte het ongeveer om een schip te laten varen?
  • Hoe vaak maakt de WIC winst?

Slide 8 - Slide

Tussen 1500 en 1800 werden 1.100.000 tot slaaf gemaakten vervoerd.

Slide 9 - Slide

Aan het werk.
5 minuten. 
Werk in tweetallen of met z'n drieën.
Lees blz 88.
Maak vraag 7 en 8.
timer
5:00

Slide 10 - Slide

Leven als slaaf
  • Je kon als slaaf worden gehaald uit Afrika. Afrikanen joegen op nieuwe slaven.
  • Slaven werden verkocht en eigendom van de slaveneigenaar. Kinderen werden automatisch slaaf.
  • Er waren verschillende soorten slaven, de één had het nog slechter dan de ander.

Slide 11 - Slide

Leven als slaaf.
  • Sommige slaven vluchtten.
  • In Suriname organiseerden gevluchte slaven zich.
  • Soms kwamen ze in opstand zoals bij de Boni-oorlogen 1770-1793.

Slide 12 - Slide

Aan het werk.

Werk in tweetallen of met z'n drieën.

Lees blz 90.
Maak 8, 9, 10, 11 en 12.

Slide 13 - Slide