Je gebruikt het als je over de toekomst praat. Je kan het op 4 manieren gebruiken:
- Bij gemaakte afspraken, bv tandarts of kapper.
- Bij openings en sluitingstijden en aankomst en vertrektijden.
- Als je iets met zekerheid kunt voorspellen en als je iets van plan bent.
-- Overig, als het andere allemaal niet kan.