Recap theme 3 & 4 - first year

Good morning!
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Good morning!

Slide 1 - Slide

Today's Riddle
You can touch me, but I can’t touch you back. 
You can see me, but I only reflect you and can never reject you. 
What am I?

Slide 2 - Slide

Recap grammar - chapter 3

Slide 3 - Slide

Some
  • Gebruiken bij bevestigende zinnen en vragen waarbij je verwacht dat het antwoord ‘ja’ is.

Any
  • Gebruiken bij ontkennende zinnen en vraagzinnen.
Some and any
wat/iets, enkele
Some
Gebruiken bij bevestigende zinnen.

Any
Gebruiken bij ontkennende zinnen en vraagzinnen.

Slide 4 - Slide

I need ... flour for the cake.
A
some
B
any

Slide 5 - Quiz

Do you have ... idea what time it is?
A
some
B
any

Slide 6 - Quiz

Some
  • Gebruiken bij bevestigende zinnen en vragen waarbij je verwacht dat het antwoord ‘ja’ is.

Any
  • Gebruiken bij ontkennende zinnen en vraagzinnen.
Plurals
meervoud
-s
  • house - houses
  • girl - girls
-o
  • tomato - tomatoes
  • zero - zeroes
s, z, x, ch
  • watch - watches
  • box - boxes
consonant + -y
  • baby - babies
  • daisy - daisies

Slide 7 - Slide

What is the plural for the word 'community'?

Slide 8 - Open question

What is the plural for the word 'taxi'?

Slide 9 - Open question

Some
  • Gebruiken bij bevestigende zinnen en vragen waarbij je verwacht dat het antwoord ‘ja’ is.

Any
  • Gebruiken bij ontkennende zinnen en vraagzinnen.
Demonstrative pronouns
aanwijzende voornaamwoorden (deze, die, dit, dat)
this
dichtbij, één
that
verder weg, één
these
dichtbij, meer dan één
those
verder weg, meer dan één

Slide 10 - Slide

I like ... skirt over here much better than ... one over there.
A
these, this
B
this, those
C
this, that
D
those, that

Slide 11 - Quiz

Recap grammar - chapter 4

Slide 12 - Slide

Some
  • Gebruiken bij bevestigende zinnen en vragen waarbij je verwacht dat het antwoord ‘ja’ is.

Any
  • Gebruiken bij ontkennende zinnen en vraagzinnen.
Articles
lidwoorden
a
  •  bij een medeklinkerklank
  • a chair
  • a uniform
an
  • bij een klinkerklank

  • an apple
  • an hour

Slide 13 - Slide

Do you use a or an with the word 'university'?
A
a
B
an

Slide 14 - Quiz

Some
  • Gebruiken bij bevestigende zinnen en vragen waarbij je verwacht dat het antwoord ‘ja’ is.

Any
  • Gebruiken bij ontkennende zinnen en vraagzinnen.
Imperative
gebiedende wijs
Do!
  • Tidy your room.
  • Watch out!
  • Turn right.
Don't!
  • Don't walk away from me.
  • Don't jump in the pool.
  • Don't talk to strangers.

Slide 15 - Slide

Some
  • Gebruiken bij bevestigende zinnen en vragen waarbij je verwacht dat het antwoord ‘ja’ is.

Any
  • Gebruiken bij ontkennende zinnen en vraagzinnen.
Present continuous
duurvorm tegenwoordige tijd
  • Er is NU iets aan de gang
  • Iets staat gepland
  • Vorm van to be + ww + ing
  • Signaalwoorden: right now, this instant
  • I am calling my grandmother right now. 
  • We are going on holiday next week.

Slide 16 - Slide

Wat is een
'vorm van to be'?

Slide 17 - Mind map

Slide 18 - Link

What can you do?
  • Use Stepping Stones online for practice exercises on the grammar from chapter 3 & 4.
  • Look up exercises yourself on the internet: just search for ‘present continuous exercises’ or ‘plurals exercise’ for example!
  • No Stones or theme words!
  • We'll do a practice test tomorrow.

Slide 19 - Slide

See you tomorrow! Good luck!

Slide 20 - Slide