This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
8.4 Veranderingen in ecosystemen
Slide 1 - Slide
Successie
De weg naar "succes" in de ecologie
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Successie
Stap 1: kaal terrein
Stap 2: eerste plantjes kunnen erop leven*
Stap 3: kleine diertjes leven van de eerste plantjes (eerste ecosysteem)
*Vaak bestaande uit korstmossen op rots, of koolzaad op zand
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
pioniersplanten
vb. zeekraal
BREDE TOLERANTIE : KUNNEN TEGEN GROTE TEMPERATUUR VERSCHILLEN, DROOGTE, VOEDSELARME bodem
SNELLE GROEI EN ZAADVORMING, VEEL ZAADEN
DIEPE WORTELS, VAAK GROTE BLADEREN
MAKEN DE OMGEVING GESCHIKT VOOR LANGZAME GROEIERS
Slide 6 - Slide
Pioniersecosysteem
Eerste ecosysteem op kaal terrein
Weinig verschillende soorten
Simpel voedselweb
Open kringloop
Biomassa neemt toe
Slide 7 - Slide
Welk van deze soorten verwacht je het eerst in een nieuw ecosysteem?
A
Lijsterbes
B
Vos
C
Koolmees
D
Paardenbloem
Slide 8 - Quiz
Zullen pionierssoorten hun zaden en stuifmeel verspreiden met de wind of met insecten?
A
Wind
B
Insecten
Slide 9 - Quiz
Successie
Stap 1: kaal terrein
Stap 2: eerste plantjes kunnen erop leven
Stap 3: kleine diertjes leven van de eerste plantjes (eerste ecosysteem)
Stap 4: door eerste begroeiing worden abiotische factoren minder extreem en ontstaat humus
Slide 10 - Slide
Humus
Na verloop van tijd sterven de eerste plantjes zoals korstmossen en ontstaat er een ondergrond van humus
Humus bestaat uit meer of minder vergane dode resten en reducenten.
Slide 11 - Slide
Als individuen van 2 verschillende populaties lange tijd niet met elkaar voortplanten
Bijvoorbeeld door geografische isolatie zoals een rivier of bergketen
Humus = mix van organische & anorganische stoffen samen met reducenten in de bodem
Slide 12 - Slide
Successie: tussenfase
Stap 5: nieuwe plantensoorten kunnen leven op de humuslaag en verdringen de korstmossen en andere pionierssoorten
Slide 13 - Slide
Successie: tussenfase
Stap 5: nieuwe plantensoorten kunnen leven op de humuslaag en verdringen de korstmossen en andere pionierssoorten
Stap 6: nieuwe (vaak wat grotere) dieren volgen de nieuwe plantjes (het ecosysteem bereidt zich uit)
Slide 14 - Slide
Successie: tussenfase
Stap 5: nieuwe plantensoorten kunnen leven op de humuslaag en verdringen de korstmossen en andere pionierssoorten
Stap 6: nieuwe (vaak wat grotere) dieren volgen de nieuwe plantjes (het ecosysteem bereidt zich uit)
Stap 7: de abiotische factoren worden steeds minder extreem en de humuslaag groeit -> stappen 5 en 6 herhalen zich
Slide 15 - Slide
Successie
Opeenvolging van soorten die leidt tot een steeds complexer ecosysteem
Slide 16 - Slide
Successie: climaxecosysteem
Stap 8: abiotische factoren blijven ongeveer gelijk. Er is daardoor geen wisseling meer van soorten. Het eindstadium van de successie is bereikt.
Slide 17 - Slide
Climaxecosysteem
Eindstadium van successie
Geen (weinig) wisseling meer van soorten
Vaak complex voedselweb; hoge biodiversiteit
Gesloten kringloop
Biomassa blijft gelijk
abiotische factoren gelijkmatig
Slide 18 - Slide
climax ecosystemen:
TROPISCH REGENWOUD
KORAALRIF
OUDE DUINEN
LOOFBOSSEN
IN W-EUROPA: BEUKENBOSSEN
Slide 19 - Slide
Ook een climaxecosysteem
Slide 20 - Slide
Geen climaxecosysteem
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Voedselweb
Pioniersecosysteem
Climaxecosysteem
Biodiversiteit
Abiotische factoren
Eenvoudig
Ingewikkeld
Klein
Groot
Sterk wisselend
Stabiel
Slide 23 - Drag question
Welk ecosysteem heeft de dikste humuslaag?
Pioniers-ecosysteem
Loofbos in Nederland
Naaldbos in Noorwegen
Tropisch regenwoud in Colombia
Slide 24 - Poll
In een tropisch regenwoud:
heel veel soorten
dode resten supersnel opgeruimd
mineralen weer supersnel opgenomen door planten
Daarom juist dunne humuslaag
Slide 25 - Slide
Kale grond zonder humuslaag
Kale grond mét humuslaag
Climaxecosysteem
Primaire successie
Secundaire successie
Start:
Finish:
Slide 26 - Slide
8.5 Duurzaamheid
Duurzame ontwikkeling is een ontwikkeling die tegemoetkomt aan de levensbehoeften van de huidige generatie, zonder die van de toekomstige generaties tekort te doen.
Slide 27 - Slide
Bij duurzame visserij blijft het aantal organismen in een ecosysteem min of meer gelijk.
Jaarlijks vaststellen hoeveel vis er gevangen mag worden
Toegestane vangst is afhankelijk van de populatiegrootte
Slide 28 - Slide
duurzame energie
fossiele brandstoffen (olie, gas, steenkool) raken op