berekenen z_b 5V

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

les 8 oktober

-Voorbeelden berekenen met zuren en basen in oplossing:

a)sterk zuur met sterke base

b) sterke base met zwak zuur

Sterk zuur met sterke base

Bereken de pH van de volgende oplossing:

50 ml Natronloog (natrium hydroxide oplossing)  met pH=11 wordt toegevoegd bij 15 ml zoutzuur met pH=2 en het geheel wordt aangevuld tot 1L.

Eerste stap is...

....zuur-base reactie vergelijking opstellen

H₃O⁺ (aq) + OH^-(aq) => 2H₂O(l)

2e stap..?

2e stap: berekenen hoeveel mol zuur en base zijn er in het fles

concentratie zuur= 10^-pH M

concentratie zuur X vol zuur =mol zuur DUS

mol zuur= 0,01 x 15=  0.00015

                      1000

berekenen mol base

mol zuur=0.00015

concentratie base= 10^-pOH

pH=11 dus pOH=14-11=3    dus concentratie base=10^-3 M

mol base= cocentratie base x vol. base

molbase=0.001x 50= 0,00005

                     1000

Zijn het aantal mol zuur en base gelijk?

Nee!!

0.00015 > 0.00005   dus

0.00015-0.00005=0.0001 mol zuur in 1L oplossing dus

[H₃O⁺] =10^-4 M   dus pH -Lg[H₃O⁺]=4

Titreren

Titreren= het bepalen van de concentratie van een stof in oplossing door middel van een aflopende reactie

voorbeeld sterke base zwak zuur

azijnzuur + natronloog

CH₃COOH   + NaOH

stel de zuur-base reactie op.

mijn proef

6 ml azijn zuur oplossing reageren met 15 ml NaOH oplossing

0.08 M. Bereken de concentratie in mol/L van de azijnzuur oplossing.