Wiskunde H6.3 Oppervlakte en inhoud vergroten

1 / 24
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Wat is de formule om de oppervlakte van de vergroting uit te rekenen?

Slide 14 - Mind map

een foto wordt vergroot met vergrotingsfactor 1,5. de foto is 12 cm2. Bereken het oppervlakte van de vergroting.

welke berekening is juist?
A
opp=121,5
B
opp=123
C
opp=121,52
D
opp=121,53

Slide 15 - Quiz

Wat hoort bij elkaar? Sleep de juiste vakjes bij elkaar.
Waar
2,5 cm^2
1,6
Niet waar
DEF is een vergroting van ABC
De oppervlakte van ABC =
De vergrotingsfactor =
De oppervlakte van DEF kun je berekenen met de vergrotingsfactor en zijde AB.

Slide 16 - Drag question

Welke formule hoort bij vergroten van oppervlakte?
A
Vergrotingsfactor* oppervlakte
B
Vergrotingsfactor ^3*oppervlakte origineel
C
Vergrotingsfactor ^2* oppervlakte origineel
D
Vergrotingsfactor^2

Slide 17 - Quiz

De oppervlakte van de foto is 15 cm
Bereken de oppervlakte van de vergroting:
De foto wordt vergroot met factor 6.
oppervlakte vergroting = vergrotingsfactor x oppervlakte orig.
2
2
A
90
B
51
C
5,40
D
540

Slide 18 - Quiz

Een handdoek van 0,8 m² wordt vergroot met factor 1,5. Bereken de nieuwe oppervlakte van de vergroting.
A
1,5 x 0,8 = 1,2 m²
B
1,5² x 0,8 = 1,8 m²

Slide 19 - Quiz

Wat is de oppervlakte van de vergroting?
A
450 cm2
B
30 cm2
C
45 cm2
D
1350 cm2

Slide 20 - Quiz

De oppervlakte van de kleine figuur is 10 cm². De figuur wordt 4 keer vergroot. Hoe bereken je de oppervlakte van de vergroting.

A
4² x 10 =160
B
4 x 10 =40

Slide 21 - Quiz

timer
1:00:00
Maak je proefwerk 

KLaar
Stil lezen 
of
 huiswerk Nederlands

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide