5.1 Renaissance en humanisme

5.1 Renaissance en humanisme
1 / 27
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 27 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

5.1 Renaissance en humanisme

Slide 1 - Slide

Kenmerkende aspecten
19: Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling.

20: De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid.

Slide 2 - Slide

Waarom heten de 'middeleeuwen' eigenlijk de middeleeuwen?

Slide 3 - Open question

Renaissance in Italië
  • Veel rijke kooplui in Noord-Italia (Venetië, Genua)
  • Waren rijk, konden prachtige huizen, standbeelden, schilderijen (renaissancekunst) kopen.

Slide 4 - Slide

Kooplui Noord-Italië: rijk geworden door handel op Middellandse Zee

Slide 5 - Slide

Renaissance begint in Italië
  • Land van de Romeinen
  • Veel overblijfselen uit de tijd van de Romeinen (klassieke oudheid).
  • Klassiek teksten in bibliotheken aanwezig.
  • Klassieke teksten en kunstwerken uit het  Midden-Oosten   naar Italië gebracht (kruistochten).

Slide 6 - Slide

Middeleeuwen
  • Memento mori
  • Geloof gericht op een plek in de hemel 
  • Wel onderzoek in de Middeleeuwen, maar nieuwe inzichten mochten niet strijdig zijn met de kerkelijke leer.
Tijd van renaissance
  • Rijke burgerij --> Carpe diem
  • Hier en nu belangrijk.
  • Geniet van de rijkdom en de goede dingen van het leven

Slide 7 - Slide

Middeleeuwse schilderkunst (1)
  • Bijbelse voorstellingen

  • weinig details

  • felle kleuren

  • geen expressie in gezichten (levenloos)

Slide 8 - Slide

Middeleeuwse schilderkunst (2)
  • geen diepte (perspectief)

  • weinig realistisch: zolang het maar duidelijk werd wát er was afgebeeld (onderwerp, persoon)

  • (vrijwel) geen naakt

Slide 9 - Slide

Anders denken over het leven en de dood
  • Memento mori (Gedenk te sterven), wordt carpe diem (Pluk de dag)

  • Mensen gaan meer leven voor het leven nu, en niet voor het leven na de dood

  • God en geloof blijven heel erg belangrijk, maar het vertrouwen in de kerk wordt minder

Slide 10 - Slide

Kenmerken van de Renaissance-kunst (1)
  • wedergeboorte van de Griekse- en Romeinse kunst/cultuur

  • realistisch

  • veel details

  • geometrische vormen

  • perspectief (weergeven van diepte)



Slide 11 - Slide

Kenmerken van de Renaissance-kunst (2)

  • thema’s: Griekse/Romeinse mythen/sagen, maar ook Bijbelse verhalen

  • naakt

  • observeren, dan pas schilderen

Slide 12 - Slide

Pantheon (klassieke oudheid)
Sint Pieter uit tijd van de renaissance

Slide 13 - Slide

Humanisme
  • Humanisten namen de ideeën van de schrijvers en filosofen uit de oudheid (tijd van Grieken en Romeinen) mee.
  • Discussieerden over politiek, godsdienst en moraal.
  • Wilden de wereld/maatschappij beter begrijpen door na te denken, argumenteren, redeneren en te onderzoeken.
  • Mens centraal. Het draait meer om het eigen ik. Dat zie je ook in de kunst

Slide 14 - Slide

Erasmus
  • Humanisten ook kritiek op kerk
  • Erasmus ontdekte fouten in de Vulgaat (Latijnse Bijbel)
  • Hij wilde de oorspronkelijke Griekse vertaling en de oudste Latijnse vertaling gebruiken om een wetenschappelijke verantwoorde vertaling te maken. 

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Erasmus breng kerk in problemen
  • Klopte de Vulgaat niet, klopten dan de regels van de kerk gebaseerd op de Vulgaat dan wel?? 

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Galileo Galilei
  • Opvatting katholieke kerk: De zon draait om de aarde
  • Waarneming Galileo Galilei de aarde draait om de zon

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Link

Middeleeuwse kunst
School van Athene
Renaissancekunst

Slide 22 - Slide

Sixtijnse kapel
Renaissance Michelangelo

Slide 23 - Slide

David
Michelangelo

Slide 24 - Slide

Geboorte van Venus 
Boticelli

Slide 25 - Slide

Mona Lisa
Leonardo da Vinci

Slide 26 - Slide

Aan de slag!
Wat: maak opdracht 8 in je boek
Hoe: tweetallen
Tijd: 15 min
Hulp: boek of steek je hand op
Klaar: werk aan je taak

Slide 27 - Slide