Voorzetsels van tijd

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Prepositions of time

Voorzetsels van tijd

Check this great song! :)

https://www.youtube.com/watch?v=zYam00egugc

Wat gaan we deze les doen?

Introductie voorzetsels van tijd.

Aansluitend oefenen jullie hiermee!

on, in, at

De voorzetsels on, in en at worden gebruikt voor tijd.

On

On gebruik je voor dagen en data.

I play football on Saturdays.

The concert was on May the first.

In

In gebruik je bij maanden, jaartallen, siezoenen en dagdelen.

They moved to the UK in 1999.

Dad walks the dog in the morning.

Leaves fall in autumn.

At

At gebruik je bij kloktijden.

The film starts at 7 o'clock.

Exceptions 

Er zijn een paar uitdrukkingen waarin je altijd at gebruikt.

We often have matches at weekends.

Mum always makes pudding at Christmas.

I can tell jokes and dance at the same time.

She left ........ February.

1. In
2. At
3. On

We had dinner ...... the afternoon.

1. at
2. in
3. on

Her birthday is ...... 12 October.

1. at
2. in
3. on

We arrived ..... 5 o'clock .... Wednesday ..... 2005.

1. on, in, at
2. at, on, in
3. in, at, on

..... summer we often go swimming.

1. on
2. in
3. at

Our next lesson begins ..... two this afternoon.

1. on
2. in
3. at

Do you go to church ..... Sundays?

1. on
2. in
3. at

We never do our homework ..... the evenings.

1. at
2. in
3. on

We went to Schotland .... March the first.

1. On
2. In
3. At

Welke voorzetsels van tijd zijn er ook al weer? Noem ze alle drie.

Gebruik on in een goede zin.

Gebruik at in een goede zin.

Gebruik 'in' in een goede zin.

Exercise

Now do exercise 15 on page 15

Finished? Go to som, steppingstones and

extra oefenen grammar 2.  Rond ze allemaal af. Daarvoor moet je 70% goed hebben!