Bi-4M-11.4 Uiterlijk voorspellen (Paulien)

Wat weet je nog van 11.1 t/m 11.3?
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Wat weet je nog van 11.1 t/m 11.3?

Slide 1 - Slide

Als uit een rode en een witte plant, roze planten ontstaan, dan is de overerving?
A
intermediair
B
recessief
C
homozygoot
D
heterozygoot

Slide 2 - Quiz

Aa is
A
Homozygoot recessief
B
Homozygoot Dominant
C
Heterozygoot
D
Heterozygoot Dominant

Slide 3 - Quiz

AA is
A
homozygoot recessief
B
homozygoot dominant
C
heterozygoot

Slide 4 - Quiz

aa is:
A
Homozygoot
B
Homozygoot recessief
C
Homozygoot dominant
D
Heterozygoot

Slide 5 - Quiz

Hoe noemen we de variant van een gen dat altijd tot uiting komt in het uiterlijk als het aanwezig is?
A
Homozygoot
B
Heterozygoot
C
Recessief
D
Dominant

Slide 6 - Quiz

Door meiose of reductiedeling ontstaan de geslachtscellen.
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quiz

Een cel met 46 chromosomen wordt na deling 2 cellen met ieder 46 chromosomen. Dit is...
A
Meiose / reductiedeling
B
Mitose/ gewone celdeling

Slide 8 - Quiz

A: Mitose/gewone celdeling vindt plaats bij groei en
herstel.
B: Meiose/reductiedeling vindt plaats bij het maken
van voortplantingscellen
A
A=juist B=onjuist
B
A=onjuist B=juist
C
A=onjuist B=onjuist
D
A=juist B=juist

Slide 9 - Quiz

In de cel van mijn huid zitten 46 chromosomen.
Hoeveel zitten er in de cel van mijn baarmoederwand en in mijn eicel?
A
baarmoederwand 46 eicel 46
B
baarmoederwand 46 eicel 23
C
baarmoederwand 23 eicel 23
D
baarmoederwand 23 eicel46

Slide 10 - Quiz

11.4 Uiterlijk voorspellem

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Waarom is rood haar en blauwe ogen zo zeldzaam?

-Beide eigenschappen zijn recessieve eigenschappen
(van beide ouders rood en blauw krijgen)

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Termen bij kruisingsschema's
Fenotypen: "uiterlijk" (donker haar , blauwe ogen, witte vacht enz)
Genotypen: de genen op de chromosomen (AA of Aa of aa)
Dominant gen: Gen dat altijd tot uiting komt in fenotype (,A of B)
Recessieve gen:  Gen dat alleen tot uiting in fenotype wanneer beide 
                                     recessief zijn ( aa of bb)
P-generatie: de ouders
F1-generatie: de kinderen
F2-generatie: kinderen van kinderen

Slide 16 - Slide

Hoe maak je een kruisingsschema?
Stap 1: Noteer de fenotype van de beide ouders.
Stap 2: noteer de bijbehorende genotype van de ouders
Stap 3: Noteer welke gene er in de voortplantingscellen 
                kunnen zitten (enkele genen)
Stap 4: Noteer de voortplantingscellen in het kruisingsschema.
Stap 5: Noteer de genotypen van de F1 ( met %)
Stap 6: Noteer de fenotypen van de F1 (met %)

Slide 17 - Slide

Voorbeeld kruisingsschema
25%
75%
zie bijv.opdr 6 blz. 133

Slide 18 - Slide

Filmpje kruisingsschema's
Heb je het idee dat je de kruisingsschema's nog niet helemaal snapt en nog niet goed kan voorspellen welke nakomelingen er kunnen ontstaan?
Kijk dan dit filmpje voor de herhaling!

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Oefenopdracht

Maak van het stencil 
oefenopdracht erfelijkheid 11.3 en 11.4 af
Gaat dit goed ga dan verder met opdrachten uit het werkboek
11.4 M. opdr.2, 3, 4, 5 t/m 12, 13 extra
Samenvatten blz 98: Opdr. 8

Slide 21 - Slide

11.4 (Huis)werk
11.4 M. opdr.2, 3, 4, 5 t/m 12, 13 extra
Samenvatten blz 98: Opdr. 8

Slide 22 - Slide