De overheid krijgt veel geld binnen door bijvoorbeeld de belastingen. Ook moeten ze veel kosten betalen, zoals de loonkosten binnen de politie, het onderwijs en de zorg. Net als iedereen hoopt de overheid dat ze aan het einde van het jaar meer geld verdiend hebben, dan dat ze hebben uitggeven.
Ze proberen dus vooraf in de rijksbegroting te schatten wat ze gaan verdienen en wat ze gaan uitgeven. Als de overheid verwacht meer geld uit te geven dan dat ze verdienen, dan noemen we dat een begrotingstekort.
Het verschil tussen de verwachte inkomsten en uitgaven noemen we het begrotingssaldo.