Paragraaf 2.2 Broeikasaarde

Opbouw van het hoofdstuk

Paragraaf 1: Woestijnaarde

Paragraaf 2: Broeikasaarde

Paragraaf 3: IJstijdaarde (al besproken)

Paragraaf 4: Reconstructie van klimaten uit het verleden (al besproken)

1 / 23
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Opbouw van het hoofdstuk

Paragraaf 1: Woestijnaarde

Paragraaf 2: Broeikasaarde

Paragraaf 3: IJstijdaarde (al besproken)

Paragraaf 4: Reconstructie van klimaten uit het verleden (al besproken)

Slide 1 - Slide

Zelfstandig werken

- Lees de paragraaf allereerst heel goed door, kijk of je alles begrijpt. Heb je vragen raadpleeg je collega groepsleden of mij, dit kan je via microsoft teams doen in de klas van aardrijkskunde. 




Slide 2 - Slide

Vragen

- Zoek in de paragraaf een antwoord op de volgende vragen:

- Over welk tijdvak gaat de paragraaf? Hoe lang geleden is deze begonnen en wanneer eindigde deze?

- Wat zijn de klimatologische kenmerken van dit tijdvak?

 - Wat zijn de oorzaken van dit klimaat? Welke processen speelden of spelen een rol?

- Wat zijn de gevolgen van dit klimaat?

- Wat kunnen we nu leren van de toenmalige klimaatverandering?

Slide 3 - Slide

Paragraaf 2.2 broeikasaarde
Doelen: 
- Je kan uitleggen waarom er tijdens het Krijt sprake was van een broeikasaarde

- Je weet waardoor er een abrupt einde kwam aan broeikasaarde. 

Slide 4 - Slide

Geologische tijdschaal
Het Krijt was een enorm warme periode in de geschiedenis van de aarde. 
Hiernaast zie je dat het Krijt (tijdperk) tijdens 66-144 miljoen jaar geleden heerste.

Slide 5 - Slide

Pangea valt uiteen
Door mantelpluimen met hotspots brak het supercontinent pangea uiteen. De gebieden die hierdoor lager kwamen te liggen (de slenken) liepen vol met water. 
Midden atlanische rug in de Atlantische oceaan is hier een voorbeeld van. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Zeespiegel
Door deze plaatbewegingen ontstond een groot oppervlak aan nieuwe oceaanbodem. De zeespiegel in die tijd stond 200 tot 300 meter hoger dan nu.
Het bergend vermogen van de oceanen nam af door de grote hoogte van de mid-oceanische ruggen.

Slide 9 - Slide

Stijgende zeespiegel
Ook door de enorme warmte toen (zie afbeelding hiernaast) steeg de zeespiegel. 
Wanneer water namelijk warmer wordt zet het uit en neemt het dus meer plek in --> stijging van de zeespiegel. 

Slide 10 - Slide

Koolzuurgas
Door het snel uiteendrijven van de platen ontstaan vulkaanuitbarstingen --> grote hoeveelheden vulkanische gassen in de atmosfeer.
 Hierdoor ontstond een zeer hoog CO2-gehalte in de atmosfeer.
(ppm = parts per million)
Waar is al dat koolzuurgas gebleven? 

Slide 11 - Slide

Koolzuurgas & koolstofcyclus
De CO2 in de lucht verbindt zich met waterdruppels en vormt koolzuur -->
Dit zwakke zuur valt samen met de neerslag op de gesteenten op aarde -->
Het natrium (Na), het kalium (K) en het calcium (Ca) waar de mineralen van deze gesteentes uit bestaan, lossen op en vormen klei -->
Deze klei wordt door de rivieren en het grondwater samen met het koolzuur naar de zee gebracht -->
Hier maken allerlei beestjes er kalkskeletten van. Uiteindelijk worden er dikke kalklagen gevormd.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Actualiteitsprincipe
The past is the key to the present. 
Bij het actualiteitsprincipe wordt aangenomen dat processen in het verleden op dezelfde manier zijn verlopen als tegenwoordig.
Op deze manier kunnen wij dus terug redeneren en reconstrueren wat er vroeger is gebeurd. 

Slide 15 - Slide

Dinokiller
Dinokiller?
► Op de grens tussen het Krijt en het Tertiair was er een abrupte klimaatverandering. Veel zeeleven, flora en fauna werd vernietigd. De oorzaak is waarschijnlijk een geweldige meteorietinslag.
● Veel sedimenten gevonden met een relatief hoog gehalte aan iridium, dit mineraal is in meteorieten veel aanwezig. In Yucatan (Mexico) is een inslagkrater gevonden die uit die tijd stamt.

Slide 16 - Slide

Dinokiller?
 Meer aanwijzingen voor de theorie:
mineralen gevonden die (normaal) op aarde niet voorkomen
koolstof in sedimenten door de branden na de inslag
fijn stof in de atmosfeer blokkeerde het zonlicht --> afkoeling
verstoring van de fotosynthese --> voedselketens vernietigd

Slide 17 - Slide

India, Deccan traps
Een andere theorie voor de mondiale uitsterving: heftige vulkaanuitbarstingen in India. Door de vrijkomende stofwolken werd het zonlicht tegengehouden en koelde het klimaat af.
● Tegenwoordig gaat men uit van een combinatie van de twee theorieën.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Hoe kun je weten wat het klimaat in het verleden was?

Paleoklimatologie: wetenschap die de klimaten uit het verleden reconstrueert o.a. door:

- Boringen in oceaanbodems;

- Boringen in ijskappen;

- Koolstofdatering;

- Geomorfologisch onderzoek (kenmerkende landschapsvormen);

- Dendrochronologie (boomringen);

- Historische bronnen: archieven, schilderijen.

Slide 20 - Slide

16O - 18O
Te gebruiken om terug te gaan tot 400.000 jaar geleden. 16O verdampt sneller, 18 O minder snel. Als er in een boring veel 18O voorkomt is dat een indicator van een lagere temperatuur.

Slide 21 - Slide

14C-methode: koolstofdatering
In elk levend organisme komt koolstof voor. Bij het afsterven van het organisme neemt deze hoeveelheid af, door de resterende hoeveelheid koolstof te meten kun je een deeltje dateren.

Slide 22 - Slide

Geschiedenis van de aarde

In de geschiedenis van de aarde zijn er vaker klimaatveranderingen geweest:

- Perm: Woestijnaarde

- Krijt: Broeikasaarde

- Kwartair: IJstijdaarde

Slide 23 - Slide