Als ze samen vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen.
Dat houdt dus in dat hun jongen zich ook moeten kunnen voortplanten.
Slide 2 - Slide
Voorbeelden
Soms zijn er 2 organismen van verschillende soorten wel in staat om nakomelingen te krijgen. De jongen daarentegen zijn vaak onvruchtbaar. Er ontstaat zo dus ook GEEN nieuwe soort.
Slide 3 - Slide
Lijger / Teeuw
Slide 4 - Slide
Zezel
Slide 5 - Slide
Walfijn
Slide 6 - Slide
Rassen
Binnen een soort kunnen verschillende rassen voor komen.
Deze zijn vaak door de mens gecreëerd zoals bij alle honden- en kattenrassen.
Slide 7 - Slide
Evolutie
Organismen die tot dezelfde soort behoren vertonen veel overeenkomst qua uiterlijk maar ook qua DNA.
Maar binnen de soort in veel variatie in uiterlijkheden en daarmee ook wat het DNA betreft. Genetische variatie zorgt ervoor dat een soort een grote overlevingskans heeft.
Slide 8 - Slide
Verwantschap
Hoe korter geleden 2 soorten een gemeenschappelijke voorouder hebben gehad, hoe meer verwantschap ze vertonen.
Dit is dan gekeken naar het DNA.
Slide 9 - Slide
Verwantschap
Dieren die nauw verwant zijn aan elkaar kunnen er soms echt heel anders uitzien. Zo is een olifant nauw verwant met zeekoeien en klipdassen.
Slide 10 - Slide
DNA-sequencing
DNA bestaat uit de 4 basen: A, T, C en G.
Sequentie = volgorde
Soorten net veel verwantschap hebben ook veel overeenkomst in hun DNA-sequentie.