What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
M4 H7 Proeftoets 2022
Hoofdstuk 7
proeftoets,
Waarover gaart hoofdstuk 7 ??
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Hoofdstuk 7
proeftoets,
Waarover gaart hoofdstuk 7 ??
Slide 1 - Slide
1. Wat is een "open economie"?
A
De grenzen tussen alle landen staan open
B
In een open economie mag en kan alles
C
Een land dat veel in- en uitvoert
Slide 2 - Quiz
2. Wat is wederuitvoer?
A
de totale uitvoerwaarde
B
geëxporteerde goederen worden weer geïmporteerd
C
geïmporteerde goederen worden weer geëxporteerd
D
Een groot deel van het Nationaal Inkomen bestaat uit export
Slide 3 - Quiz
3. Wat is wederuitvoer:
A
Goederen die binnenkomen in Nederland
B
Goederen die binnenkomen en gelijk weer verder gebracht worden.
C
goederen die verkocht worden aan het buitenland
Slide 4 - Quiz
4. de exportquote bereken je door:
A
(exportwaarde x nationaal inkomen) : 1 00%
B
(exportwaarde : nationaal inkomen) x 100%
C
(exportwaarde : 100% x nationaal inkomen)
D
(nationaal inkomen : exportwaarde) x 100%
Slide 5 - Quiz
5. Bereken de exportquote:
BBP
650 miljard
Export
180 miljard
Import
79 miljard
A
12,2 %
B
39,8%
C
43,9%
D
27,7%
Slide 6 - Quiz
6. Wat betekent binnen de EU "harmonisatie". Geef ook een voorbeeld.
Slide 7 - Open question
7. Wat betekent ECB?
A
Electric Card Banking
B
Europese Credit Bank
C
Europese Centrale Bakker
D
Europese Centrale Bank
Slide 8 - Quiz
8. Wat is geen taak van de ECB?
A
Geld uitlenen aan de eurolanden
B
omwisselen van vreemde valuta
C
eurobankbiljetten in omloop brengen
D
de inflatie bewaken
Slide 9 - Quiz
9. De ECB streeft naar stabiele prijzen in de EU. Wat is een andere taak van de ECB in europa?
A
Bij de ECB kan je binnen Europa geld pinnnen.
B
Bij de ECB kunnen producenten geld lenen.
C
De ECB regelt de uitgifte van bankbiljetten.
D
De ECB zorgt voor kredietverlening aan consumenten.
Slide 10 - Quiz
10. Wat is de hoofddoelstelling van de ECB?
A
Een soepel en betrouwbaar betalingsverkeer
B
Veilig houden van spaartegoeden
C
Een hoge koers van de euro
D
Stabiele prijzen (net geen 2% inflatie)
Slide 11 - Quiz
Einde Par. 7.2
Nederland +59
België +25
Duitsland + 257
Ierland + 47
Italië +51
Rest veelal in de min...
Slide 12 - Slide
11. De protectionistische maatregel contingentering is:
A
een invoerverbod
B
een belasting op import
C
een maximum aantal in te voeren producten
D
een subsidie voor exporteurs
Slide 13 - Quiz
12. Een voorbeeld van een protectiemaatregel is contingentering. Wat is contingentering?
A
Het heffen van extra belastingen op invoerproducten
B
Het stellen van een beperkte hoeveelheid van invoerproducten
C
Het stellen van extra strenge regels op invoerproducten
D
Het verbieden van invoer van bepaalde producten
Slide 14 - Quiz
13. Blokker mag geen Chinees aardewerk meer kopen omdat het Europese maximum is bereikt
A
invoerrecht/import heffing
B
invoerverbod
C
Contigentering
D
Export subsidie
Slide 15 - Quiz
14. Een Nederlandse pluimveehandelaar krijgt geld als hij pluimvee naar Tunesië vervoert.
A
invoerrechten/import heffing
B
invoer verbod
C
contingentering
D
Export subsidie
Slide 16 - Quiz
15. In de EU is er sprake van vrij verkeer van personen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quiz
16. Wat is juist over ‘vrij verkeer van personen’ in de EU?
A
EU-inwoners hoeven geen paspoort (of ID-pas) te hebben om binnen de EU te reizen.
B
EU-inwoners mogen in een ander EU-land gaan wonen en werken.
C
Iedereen mag naar de EU komen om spullen te kopen en verkopen.
D
Iedereen mag de EU in- en uitreizen, met handbagage.
Slide 18 - Quiz
17. Een voorbeeld van een protectiemaatregel is contingentering. Wat is contingentering?
A
Het heffen van extra belastingen op invoerproducten
B
Het stellen van een beperkte hoeveelheid van invoerproducten
C
Het stellen van extra strenge regels op invoerproducten
D
Het verbieden van invoer van bepaalde producten
Slide 19 - Quiz
18. Wat is arbeidsverdeling?
A
Elke werknemer doet evenveel werk
B
Elke werknemer doet waar hij/zij goed in is
C
Elke werknemer werkt evenveel uren
Slide 20 - Quiz
19. Wat is internationale arbeidsverdeling?
A
Producten worden zo dichtbij mogelijk gemaakt
B
Producten worden gemaakt waar ze dit het beste kunnen
C
Producten worden gemaakt waar ze dit het goedkoopste kunnen
D
Dit komt door nieuwe technologieën.
Slide 21 - Quiz
20. Wanneer heb je als land een goede concurrentie-positie?
A
Als je lage belastingen hebt
B
Als je goedkope en kwalitatief goede producten kunt produceren
C
Als er goede infrastructuur is
D
Als je een grote landbouwsector hebt
Slide 22 - Quiz
More lessons like this
H7 Proeftoets 2022
March 2022
- Lesson with
15 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
hoofdstuk5kader4
December 2021
- Lesson with
28 slides
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
samenvatting
January 2023
- Lesson with
29 slides
Economie
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 4
Herhalingsles voor DT p5 deel 2
June 2024
- Lesson with
14 slides
7.2 Kunnen we vrij handelen? ZNV
March 2023
- Lesson with
40 slides
Economie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
Paragraaf 7.3
February 2021
- Lesson with
14 slides
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
4TL Hoofdstuk 7 Nederland en het buitenland
January 2024
- Lesson with
44 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Par 8.3_Vrijhandel of niet?
May 2021
- Lesson with
10 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3