This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Welcome in the online class!
Post it Like it File 4
Slide 1 - Slide
Doel:
Ik herken wanneer een tekst Spam is (fake)
Ik kan een bezit aangeven in de zinnen in het Engels. (posssession)
Slide 2 - Slide
Hoe geef je een bezit aan?
Dit kan door de volgende woorden te gebruiken:
My/mine = mijn
Your= jouw
His/her/its= zijn/haar/zijn
Our= ons
Your= jullie
Their = Hun
Make a note
Slide 3 - Slide
Is this .........bike? (jouw)
Slide 4 - Open question
Give it back. It's ..........Ipad.(mijn)
Slide 5 - Open question
..........bikes are gone. (jullie)
Slide 6 - Open question
That is ........house over there. (onze)
Slide 7 - Open question
Possession and Genitive
Wanneer je een bezit van iemand aangeeft, dan doe je dit met 's!
Sam's bike / Jess's parents/ My sister's Ipad.
Let op eindigt een woord op een s (meervoud)...dan schrijf je er alleen een komma achter:(meervoud) My parents' hous/ Your two sisters' room/ My friends' bikes
Let op een naam die eindig op een S is geen meervoud dus gewoon 's: Lars's bike
Wanneer iets onderdeel is van een ding of voorwerp dan gebruik je: OF The wheel of the car/ The door of the building
Slide 8 - Slide
You are now going to make:
28
Stay in the meeting!!!
(Ready? : make 27 and practice Words B) (Have a look at 26, together)