4 oktober

Wat doen we vandaag?
  • Bespreken SO
  • Herhalen imperfectum
  • Bespreken 8A, 1 t/m 6
  • Vertalen 8A
1 / 19
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Wat doen we vandaag?
  • Bespreken SO
  • Herhalen imperfectum
  • Bespreken 8A, 1 t/m 6
  • Vertalen 8A

Slide 1 - Slide

Een verleden tijd: imperfectum
  • Als een spreker of schrijver iets wil meedelen dat in het verleden gebeurde, gebruikt hij daarvoor een verleden tijd. 
  • Eén verleden tijd van het Grieks is het imperfectum.
  • Je gebruikt het imperfectum als een handeling in het verleden begonnen is, en nog steeds voortduurt op het moment van vertellen.
  • Vergelijk: onvoltooid verleden tijd.

Slide 2 - Slide

Vorming van het imperfectum
  • Vindt eerst de stam van een werkwoord: λύ-ω, dus: λύ-
  • Geef het werkwoord een tijdskenletter: ἐ-, dus ἐλύ-
  • Deze ἐ- wordt het augment genoemd.
  • Plaats de uitgangen, zie blz.:65
  • Let op 1: εἰμί is (natuurlijk) onregelmatig.
  • Let op 2: bij werkwoorden die met een klinker beginnen, wordt de klinker verlengt:  ἀκούω > ἤκουον
  • Let op 3: bij samengestelde werkwoorden komt het augment tussen ht voorzetsen en werkwoord: ἀναβαίνω > ἀνέβαινον

Slide 3 - Slide

Πολλὰ καὶ μεγάλα πλοῖα παρῆν ἐν τῇ Αὐλίδι·
πολλοὶ γὰρ Ἀχαιοὶ τοῖς δεσπόταις ἐβοήθουν.

Slide 4 - Open question

Πολλοὶ δὴ ἀνδρεῖοι στρατηγοὶ παρῆσαν,
πολλοὶ δὲ καὶ ναῦται καὶ στρατιῶται.

Slide 5 - Open question

Πρῶτον μὲν οὖν ὁ ξανθὸς Μενέλαος καὶ ὁ ἄναξ ἀνδρῶν Ἀγαμέμνων καὶ οἱ ἄλλοι στρατηγοὶ εἰς τὰ μεγάλα πλοῖα εἰσέβαινον.

Slide 6 - Open question

Ἔπειτα δ’ ἔταττον τοῖς στρατιώταις τὰ ὅπλα εἰσφέρειν.

Slide 7 - Open question

Πάντες δὲ τῷ δεινῷ στόλῳ τε καὶ τοῖς νέοις ὅπλοις μάλα ἔχαιρον.

Slide 8 - Open question

Τέλος δὲ πάντες ἐν τοῖς πλοίοις ἦσαν καὶ οἱ ναῦται ἐκ τῆς Αὐλίδος ἀποπλεῖν ἐν νῷ εἶχον.

Slide 9 - Open question

Νῦν δ’ οἱ θεοὶ ἐξαίφνης τὸν ἄνεμον παύουσιν.

Slide 10 - Open question

Τί οὖν τοῦτο ἐποίουν οἱ θεοί;

Slide 11 - Open question

Οἱ θεοὶ τὸν στόλον ἐκώλυον, ὅτι ἡ Ἄρτεμις τῷ στρατηγῷ Ἀγαμέμνονι ἐχαλέπαινεν.

Slide 12 - Open question

Ὁ γὰρ Ἀγαμέμνων τὴν θεὸν ὕβρισεν.

Slide 13 - Open question

Ἐν γὰρ τῇ θήρᾳ ἔλαφον, ἱερὰν τῆς θεοῦ, ἀπέκτεινε καὶ ἅμα εἶπεν τόδε·

Slide 14 - Open question

‘Οὐδὲ σύ, Ἄρτεμι, οὕτω τοξεύεις ὥσπερ ἐγώ!’

Slide 15 - Open question

Οὕτω δὴ ὁ Ἀγαμέμνων τῇ ὕβρει μάλα ἐχθρὸς τῇ θεῷ ἦν!

Slide 16 - Open question

Aan het werk. 
  • Vertaal 8 A

Dit is ook huiswerk.
Daarnaast: leer de woordjes en grammatica van 7 en 8A. 

Slide 17 - Slide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 18 - Open question

Wat is nog onduidelijk?
Waar wil je meer over weten?

Slide 19 - Open question