Les 1

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Weer & Klimaat

Programma

Binnenkomst + absentie (5 min) 

Uitleg werkwijze aardrijkskunde (10 min)

Leerdoelen (2 min)

Opdracht weerelementen (10 min)

Uitleg weerelementen  (8 min)

Check: examenvraag (5 min)

Check leerdoelen (5 min)

Aan het werk (10 min)

Afsluiting + huiswerk (5 min)

Werkwijze aardrijkskunde

Periode 1: Weer en klimaat

1 Praktische opdracht over (een onderdeel van de stof ) +

1 toetsweektoets over het hele hoofdstuk

Periode 2: Water

1 Praktische opdracht over (een onderdeel van de stof ) +

 1 toetsweektoets over het hele hoofdstuk

Periode 3: Bevolking en ruimte

1 Praktische opdracht over (een onderdeel van de stof ) +

1 toetsweektoets over het hele hoofdstuk

In alle toetsen is kennis van topografie belangrijk. Oefen dit dus!

Werkwijze aardrijkskunde

Wat neem ik mee naar de les?

Tekstboek + werkboek

Schrift + mapje voor werkbladen

Wat doen we in de les?

Bespreken van de leertekst

Ondersteunende filmpjes

Oefenen + nakijken-> groeps- en individuele opdrachten

Oefenen examenvragen

Wat doe je thuis?

Lezen van de leertekst/ kijken video's met uitleg

Leren voor toetsen

Werkboekopdrachten maken

Werkwijze aardrijkskunde

Wat moet ik leren/ doen voor een toets?

Leren: Betekenis begrippen ->

Niet: stampen van een betekenis die je helemaal niet begrijpt. 

Wel: heb je een beeld bij het begrip? Kun je het je zusje of moeder uitleggen?

Tip: Google de begrippen en klik op afbeeldingen.

Leren: topografie van de landen die in het hoofdstuk behandeld worden!

Lezen: alle teksten in het boek + de uitleg in lessonup (zorg dat je deze in eigen woorden kunt uitleggen!)

Bestuderen: bronnen in het tekst- en werkboek (bedenk steeds: wat hebben de bronnen met de tekst te maken?)

Oefenen: vragen werkboek + opdrachten les + examanvragen, examenvragen en examenvragen!!!

Kijken: youtube filmpjes (bijvoorbeeld van je juf -> cerp82)

Leerdoelen

Aan het einde van deze les kun je

1. uitleggen wat er bedoeld wordt met het begrip 'weer'

2. de vijf weerelementen noemen + herkennen in het weerbericht of op een weerkaart;

3. het weer op een bepaald moment en op een bepaalde plaats beschrijven met behulp van de 5 weerelementen;

Weer = de toestand van de lucht om ons heen.

Het weer kan van tijd tot tijd veranderen. 

Dus over een uur of over een dag kan het weer heel anders zijn.

Het weer kan van plaats tot plaats veranderen. 

Dus het weer nu in Amsterdam kan anders zijn dan het weer nu in Rotterdam.

Op je wisbordje:

Welke kennis heb je nodig om deze vraag te kunnen beantwoorden?

Aan het werk- groep 1

Wat: 

- werkblad weerelementen

Hoe: alleen (binnen de groep van 3) 

Hulp: groepsgenoten 

Tijd: 5 minuten + 3 minuten nakijken

Klaar: werkboek blz.6 vraag 2 + 3 + 4

Aan het werk- groep 2

Wat: 

- werkblad weerelementen

Hoe: met de groep 

Hulp: docent + groepsgenoten + paragraaf 1.1

Tijd: 7 minuten + 3 minuten nakijken

Klaar: werkboek blz.6 vraag 2 + 3 + 4

Weerelementen 

Weerelementen = 5 dingen die samen het weer maken (dus: die samen de toestand van de lucht bepalen) ->

1. Temperatuur

2. Neerslag (regen, hagel, sneeuw, mist en ijzel)

3. Bewolking

4. Wind (gemeten met de schaal van Beaufort)

5. Luchtdruk

Een weerman/ vrouw vertelt het weer altijd aan de hand van de 5 weerelementen. 

Op je wisbordje:

Bantwoord de examenvraag voor jezelf. 

Let op dat anderen jouw antwoord niet kunnen lezen!

Leerdoelen

Aan het einde van deze les kun je

1. uitleggen wat er bedoeld wordt met het begrip 'weer'

2. de vijf weerelementen noemen + herkennen in het weerbericht of op een weerkaart;

3. het weer op een bepaald moment en op een bepaalde plaats beschrijven met behulp van de 5 weerelementen;

Aan het werk- groep 1

Wat: 

- werkboek blz. 6 opdracht 2 + 3 + 4

Hoe: alleen (binnen de groep van 3) 

Hulp: groepsgenoten + paragraaf 1.1 

Tijd: 10 minuten

Klaar: werkboek vraag 1 + 5 + 6

Aan het werk- groep 2

Wat: 

- werkboek blz. 6 opdracht 2 + 3 + 4

Hoe: met de groep 

Hulp: docent + groepsgenoten + paragraaf 1.1

Tijd: 10 minuten

Klaar: werkboek vraag 1 + 5 + 6

Nakijken

Hoe: 

- Bedenk welke vraag wil je echt nagekeken wilt hebben

- Docent geeft beurten -> vertel welke vraag je nagekeken wil hebben (bijvoorbeeld 2c of 4d)

- Docent vraagt wie het antwoord weet en geeft beurten -> geef je antwoord/ leg uit.

Tijd: 5 minuten

Wat? paragraaf 1.1 vraag 2 + 3 + 4

Afronding

Wat heb je geleerd?

Hoe heb je meegedaan?

Huiswerk

Leerdoelen

Aan het einde van deze les kun je

1. uitleggen wat er bedoeld wordt met het begrip 'weer'

2. de vijf weerelementen noemen + herkennen in het weerbericht of op een weerkaart;

3. het weer op een bepaald moment en op een bepaalde plaats beschrijven met behulp van de 5 weerelementen;

Op je wisbordje-> juist of onjuist + waarom

"In Maastricht zal het morgen waarschijnlijk hetzelfde weer zijn als vandaag in Amsterdam."

Hoe heb ik deze les meegedaan?

😒🙁😐🙂😃

Huiswerk

Leren les 1

Lezen paragraaf 1.1