What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
1.3 Heb je geld nodig om te ruilen?
Welkom
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welkom
Slide 1 - Slide
Terugblik
Hoe zat het ook alweer?
Slide 2 - Slide
Noem 2 vrije goederen:
Slide 3 - Open question
Schaars in de economie betekent
A
dat het een product is welke niet te koop is
B
dat het vrij te krijgen is voor iedereen
C
D dat er weinig van is
D
dat er middelen zijn opgeofferd om het product te maken
Slide 4 - Quiz
Het kopen van de wekelijkse boodschappen is een voorbeeld van een ...
A
vaste last
B
dagelijkse uitgave
C
incidentele uitgave
Slide 5 - Quiz
In welk rijtje staan alleen vaste lasten?
A
abonnementen – boodschappen – huur
B
contributie voetbal – gas en elektra – huur
C
hypotheek – cadeautjes – nieuwe wasmachine
D
hypotheek - huur - benzine
Slide 6 - Quiz
1.2 budgetlijn
Doelen:
Je kan een budgetlijn tekenen en uitleggen wat er gebeurd als je budget veranderd
Je kan rekenen met een budgetformule
Slide 7 - Slide
Budgetlijn
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
1.3 Heb je geld nodig om te ruilen?
Doelen:
Je kunt de functies van geld noemen.
Je kunt het ontstaan van geld beschrijven.
Je kunt de verschillende waardes van geld uitleggen.
Je kunt de randvoorwaarden van het geldsysteem beschrijven.
Slide 10 - Slide
Opdracht
Lezen bladzijde 18 tm 20 (vragen hoef je niet te maken)
Na het lezen van deze bladzijden krijg je aan aantal vragen over deze theorie.
timer
8:00
Slide 11 - Slide
Wat is een voorbeeld van directe ruil?
A
Fruit ruilen tegen groente
B
Kleding verkopen op de markt
C
een auto kopen
D
Kleding verkopen op marktplaats
Slide 12 - Quiz
Wat is geen functie van geld?
A
Rekenmiddel
B
Betaalmiddel
C
Ruilmiddel
D
Spaarmiddel
Slide 13 - Quiz
Giraal geld zijn/is
A
munten
B
bankbiljetten
C
geld op je betaalrekening
D
chartaal geld
Slide 14 - Quiz
Met fiduciair geld wordt bedoeld...
A
dat het geen vals geld is
B
het vertrouwen dat iedereen de waarde accepteert
C
het vertrouwen dat iedereen betaalt
D
dat je hoopt dat het betalen goed gaat
Slide 15 - Quiz
De gebruikswaarde van geld is
A
de intrinsieke waarde
B
de extrinsieke waarde
Slide 16 - Quiz
Welke technische vereisten moet een ruilmiddel aan voldoen?
Slide 17 - Open question
Hoe heet het als mensen hun vertrouwen kwijt zijn in een ruilmiddel?
A
Difuctie
B
Fudicie
C
Fiducie
D
Difactie
Slide 18 - Quiz
Maken opdrachten
30 tm 39
Slide 19 - Slide
Bespreken opdracht 33, 35 en 37
Slide 20 - Slide
Huiswerk
Slide 21 - Slide
More lessons like this
1.3 Heb je geld nodig om te ruilen?
September 2023
- Lesson with
16 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Economieles: Wie maakt ons geld?
March 2024
- Lesson with
16 slides
by
Lesbrieven Nieuwe Economie
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Lesbrieven Nieuwe Economie
3 vwo - Hoofdstuk 1 geld moet rollen les 5 - 1.3
October 2020
- Lesson with
17 slides
Economie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
1.3 Heb je geld nodig om te ruilen?
September 2022
- Lesson with
14 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
3H: 1.3 Heb je geld nodig om te ruilen (2 lessen)
September 2023
- Lesson with
32 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Les 1.3
September 2020
- Lesson with
26 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
1.3 Heb je geld nodig om te ruilen?
September 2021
- Lesson with
14 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
1.3 Heb je geld nodig om te ruilen?
September 2023
- Lesson with
24 slides
Economie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3