Actief luisteren theoriemeting

Communicatie
Actief luisteren theorie-meting.
1 / 21
next
Slide 1: Slide
CommunicatieMBOStudiejaar 1-3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Communicatie
Actief luisteren theorie-meting.

Slide 1 - Slide

Waar staat OMA voor?

Slide 2 - Open question

Moet je 'OMA' thuis laten of meenemen?
A
Thuis laten
B
Meenemen

Slide 3 - Quiz

Waar staat ANNA voor?

Slide 4 - Open question

Wat is non-verbale communicatie?
A
Praten
B
mimiek
C
Houding
D
tekst

Slide 5 - Quiz

Stelling: verbale communicatie is belangrijker dan non-verbale communicatie
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

Waar staat LSD voor?
A
Drugs
B
Luisteren, samenvatten, doorvragen
C
Luisteren, samenwerken, doorvragen

Slide 7 - Quiz

Hoe laat je zien dat je actief luistert?
A
parafraseren
B
aanvullen
C
met een oplossing komen
D
knikken

Slide 8 - Quiz

Hoe laat je zien dat je actief luistert?
A
oogcontact
B
meteen reageren
C
gesloten vragen stellen
D
luistergeluiden 'hmm'

Slide 9 - Quiz

ACTIEF LUISTEREN
= BETROKKEN ZIJN

- afsluiten voor andere dingen, de rust om te luisteren
- lichaamstaal (zithouding, oogcontact, rust) 
- knikje, 'mimiek'
- luistergeluiden [hmhm]
- de ander laten uitpraten
- samenvatten / doorvragen




Slide 10 - Slide

Vooraf - acclimatiseren
Start gesprek
Inhoud/midden gesprek
Afsluiting gesprek
Contact leggen
Doel(en) gesprek bespreken
Actief luisteren 
Gesprek op gang brengen
Afscheid nemen
Vervolg doelen/gesprek aangeven

Slide 11 - Drag question

Stelling: Acclimatiseren is de gesprekspartner op diens gemak stellen en contact leggen.
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Als je in gesprek gaat met een zorgvrager dan:
A
Stap jij als eerste op iemand af
B
wacht je af tot iemand bij je komt
C
Begin je meteen met een gesprek
D
Ga je eerst even over iets anders praten

Slide 13 - Quiz

Stelling: Om een gesprek op gang te brengen stel je veel open vragen
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quiz

"Wilt u gewassen worden" is een ...
A
gesloten vraag
B
open vraag

Slide 15 - Quiz

Om een gesprek op gang te brengen is het fijn om:
A
open en betrokken houding te hebben
B
(non-)verbaal actief te luisteren
C
iemand lang en indringend aan te kijken
D
expres veel stiltes te laten vallen

Slide 16 - Quiz

Bij het afscheid in het gesprek moet je:
A
De ander koffie en thee aanbieden.
B
Veel ruimte voor de ander geven.
C
het doel benoemen en wat hiermee gebeurt.
D
Duidelijk zijn.

Slide 17 - Quiz

Als de gesprekspartner niet klaar is met het gesprek dan:
A
Moet je het gesprek langer laten duren.
B
Een vervolgafspraak inplannen en daarna verwijzen.

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Slide

Presentaties:
29-jun Presentaties: ook Stam gebruiken voor presentaties

8:30: Mandy, Jonne, Jasmijn, Daniëlle, Merlyn, Lieke Arwen

10:45: Alysha, Elke, Wendy, Laury, Chardonnay, Quinty, Romee, Sanne (als laatste)





Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide