GPL les Unit 5

Extra oefenen
1 / 38
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Extra oefenen

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

Welke zin staat in de present perfect?
A
I walked to school.
B
I have walked to school.

Slide 5 - Quiz

Welke zin staat in de present perfect?
A
I lived in Amsterdam.
B
I have lived in Amsterdam since I was 18.

Slide 6 - Quiz

Welke zin staat in de present perfect?
A
I've never been to America.
B
I went to America last year.

Slide 7 - Quiz

Welke zin staat in de present perfect?
A
She has a cat.
B
She has had her cat for 9 years.

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Vertaal naar het Engels:
oplossing
A
sulution
B
Solution
C
solusion
D
At once

Slide 10 - Quiz

Vertaal naar het Engels:
aankondigen
A
Anounce
B
Anaunse
C
Announce
D
Anounse

Slide 11 - Quiz

Vertaal naar het Engels:
kikker
A
Frok
B
Frog
C
Froger
D
Froker

Slide 12 - Quiz

Vertaal naar het Engels:
bijzonderheid
A
Beewithout
B
Particularity
C
Detail
D
Bysundert

Slide 13 - Quiz

Vertaal naar het Engels:
Meteen
A
At onse
B
Et once
C
At ones
D
Sulusion

Slide 14 - Quiz

Wat is dit in het Engels?
A
theme
B
bird
C
curly
D
away

Slide 15 - Quiz

Wat is dit in het Engels?
A
beard
B
look alike
C
unhappy
D
away

Slide 16 - Quiz

Wat is dit in het Engels?
A
beard
B
look alike
C
unhappy
D
away

Slide 17 - Quiz

Wat is dit in het Engels?
A
beard
B
look alike
C
unhappy
D
bird

Slide 18 - Quiz

Wat is dit in het Engels?
A
theme
B
bird
C
unhappy
D
away

Slide 19 - Quiz

Wat is dit in het Engels?
A
beard
B
look alike
C
laugh
D
parrot

Slide 20 - Quiz

Vertaal naar het Engels:
oplossing

Slide 21 - Open question

Vertaal naar het Engels:
ongelooflijk

Slide 22 - Open question

Vertaal naar het Engels:
aankondiging

Slide 23 - Open question

Vertaal naar het Engels:
vieren

Slide 24 - Open question

Vertaal naar het Engels:
graad

Slide 25 - Open question

Vertaal naar het Engels:
verhuizen

Slide 26 - Open question

Vertaal naar het Engels:
krullend

Slide 27 - Open question

Vertaal naar het Engels:
karakter

Slide 28 - Open question

Vertaal naar het Engels:
papegaai

Slide 29 - Open question

Vertaal naar het Engels:
ongelukkig

Slide 30 - Open question

Vertaal naar het Engels:
precies

Slide 31 - Open question

Vertaal naar het Engels:
lachen

Slide 32 - Open question

Wat betekent:
brilliant

Slide 33 - Open question

Wat betekent:
elephant

Slide 34 - Open question

Wat betekent:
cherry

Slide 35 - Open question

Wat betekent:
terrible

Slide 36 - Open question

Wat betekent:
break

Slide 37 - Open question

Wat betekent:
disappear

Slide 38 - Open question