What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Werkwoordspelling
Werkwoord-spelling
Leerdoel: aan het einde van de les weet jij wanneer je een –t, een –d of een –dt schrijft aan het einde van een werkwoord.
1 / 23
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
23 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
3 videos
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Werkwoord-spelling
Leerdoel: aan het einde van de les weet jij wanneer je een –t, een –d of een –dt schrijft aan het einde van een werkwoord.
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen?
- Voorkennis ophalen
- Uitleg schema werkwoordspelling
- Aan de slag!
Samenwerken
Zelfstandig werken
Slide 2 - Slide
Hij (wedden) dat Ajax morgen gaat winnen.
A
Wedt
B
Wed
C
Wedden
Slide 3 - Quiz
Oma (maken) gisteren lekkere cake.
A
Maakt
B
Maakdt
C
Maakte
Slide 4 - Quiz
Een paar dagen geleden is Lisa met Ilse, Saskia en Zoë wezen (darten).
A
Dart
B
Dartte
C
Darten
Slide 5 - Quiz
De vlieger (worden) straks de lucht in gegooid.
A
Word
B
Wordt
C
Wort
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Video
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Tip:
Vul een vorm van het werkwoord lopen in de zin in.
Eindigt de vorm van het werkwoord lopen op een –t? Dan schrijf je deze ook achter je werkwoord.
Hij (houden) van bloemen.
Hij
loopt
van bloemen. --> Hij
houdt
van bloemen.
Mijn zusje (schudden) de milkshake.
Zusje
loopt
de milkshake. --> Mijn zusje
schudt
de milkshake.
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Video
Aan de slag!
Samenwerken (dobbelspel)
Let op: over de woorden waar je mee gaat spelen, krijg je straks vragen via Lessonup. Doe dus goed mee!
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Vorige week (bakken) we een cake voor oma.
A
Bakten
B
Baktten
C
Bakken
D
Bakt
Slide 14 - Quiz
Het eten was al (bederven) toen we aankwamen.
A
Bedorven
B
Bederven
C
Bederft
Slide 15 - Quiz
Vanmorgen had zij geen idee wat ze moest (aantrekken).
A
Aantrok
B
Trekken aan
C
Aantrekken
Slide 16 - Quiz
Ik (barsten) van verdriet toen ik dat vreselijke nieuwe hoorde.
A
Barstte
B
Barst
C
Barste
Slide 17 - Quiz
Mijn oom (redden) zijn hond nu uit het water.
A
Redt
B
Redde
C
Red
Slide 18 - Quiz
Hij (schudden) zijn haren straks heen en weer.
A
Schud
B
Schudt
C
Schudden
Slide 19 - Quiz
Studiemeter
Maak de opdrachten bij het onderdeel werkwoordspelling.
Zelfstandig en stil.
Klaar? 3F opdrachten.
Slide 20 - Slide
Wat moet er voor jou nu nog gebeuren om alle werkwoorden correct te kunnen spellen?
Slide 21 - Open question
Ben jij de werkwoordspelling meer gaan beheersen deze les?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 22 - Poll
Korte vragenlijst Lessonup
Antwoord eerlijk, het is helemaal anoniem.
Geef antwoorden waar ik iets mee kan.
https://www.survio.com/survey/d/Q4O7T0G9W5P1M9G7W
Slide 23 - Slide
More lessons like this
Werkwoordspelling
September 2022
- Lesson with
19 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Werkwoordspelling
September 2024
- Lesson with
24 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Werkwoordspelling
January 2024
- Lesson with
17 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
NN1 blok 4 Grammatica; werkwoordspelling tt
May 2021
- Lesson with
36 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo lwoo, b, k
Leerjaar 1
Werkwoordspelling oefenen deel 1
January 2024
- Lesson with
22 slides
Spelling
Basisschool
Groep 7
Werkwoordspelling kader/mavo 1
February 2024
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Werkwoordspelling tegenwoordige tijd en verleden tijd (zwakke werkwoorden)
March 2023
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Werkwoordspelling verleden tijd (zwakke ww)
January 2022
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2