Les 70 - 4.3.herhaling in tekst 8 maart

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

H. 4.3. Tijdsvolgorde 

TH1 - Nederlands

Welkom in deze les!

Mobiel in de telefoontas

Je spullen
+ lesboek
 op tafel

Laptop - inloggen in deze LessonUp

Lesdoelen

- je herhaalt de theorie over verwijswoorden

- je gaat de lesstof van hoofdstuk 4 toepassen in een tekst

Waarom gebruik je verwijswoorden?

2 antwoorden zijn goed

1. om bondiger (korter) te schrijven
2. om een tekst prettiger leesbaar te maken
3. om het lezers moeilijk te maken
4. om papier te besparen

Verwijswoorden

• Verwijzen naar iets of iemand.
  
• Maken een tekst makkelijker om te lezen. Je hoeft niet
   steeds hetzelfde woord opnieuw te zeggen.
  

VOORBEELD

• Toen hij Luna dat dure cadeau gaf, liet ze  het direct wegzetten in de kast.

Hoe weet jij waar-

naar het verwijst?

Waarnaar verwijst het verwijswoord?

Stel een vraag die begint met:

• wie
• wat
• waar
• of welk(e)

VOORBEELD

• Toen hij Luna dat dure cadeau gaf, liet ze het direct
   wegzetten in de kast.
   VRAAG: Wie liet het direct wegzetten?
   VRAAG: Wat liet ze direct wegzetten?

Merle heeft een glas laten vallen. Het brak in honderden stukjes. Haar vader baalde van de rommel. Hij vond dat zij het moest opruimen.

Waarnaar verwijst: het, haar, hij, zij, het?

Welke vragen heb je gesteld?

                Huiswerk bespreken

H. 4.3. - opdr. 11 b, c en d

                                 + losse opdracht over de Oranje vrouwen

 

O

P

D

R

A

C

H

T

A

N

T

W

O

O

R

D

Aan de slag

H. 4.3. - 17a,b,d,e,
                 18a,b,c,e. 19

Klaar?

Ga verder met opdracht 20 en 21.

Lesdoelen

- je herhaalt het tekstverband tijdsvolgorde en herkent de
  signaalwoorden die erbij horen

- je herkent verwijswoorden

- je kunt bepalen waarnaar een verwijswoord verwijst

Huiswerk

vrijdag 8 maart

H. 4.3. - opdr. 11 b, c en d + losse opdracht is af