3.2.1

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Welke 3 beloftes had Lenin aan het Russisch volk gedaan?

1. Vrede, brood en land
2. Rijkdom, brood en land
3. Vrede, rijkdom en land.
4. Vrede, brood en rijkdom.

Was iedereen gelijk in de Sovjet- Unie?

Wie was de machtigste persoon in de Sovjet- Unie

1. Minister- President
2. President
3. Secretaris- Generaal
4. Centraal comité

Waarom was de Secretaris- Generaal zo machtig?

1. Hij leidde de ministers.
2. Hij was voorzitter van het centraal comite
3. Hij zat zowel bij het politbureau als het partijcongres.
4. Hij benoemde functies en zat in het politbureau

De elite werd overbodig:

• Volgens Lenin kon de gewone mens best een staat besturen.

• Daarom werd de nationalisatie gestart.

Waarom verloren grootgrond bezitters en fabriekseigenaren hun eigendom?

Nationalisatie:

• De oude elite was overbodig geworden.
• De staat nam zelf alles in beslag;
• Grond, machines, fabrieken.
• Ontslaan van:
• Fabrieksdirecteuren 

• Arbeiders comités kregen het voor het zeggen in de fabrieken.

• Zonder enige ervaring van het besturen van een fabriek.

Landbouw:

• Grootgrondbezitters werden onteigend.
• Boerenfamilies namen deze grond over. 

Wat doet dit met de productiviteit?

1. Fabrieken gaan beter, landbouw slechter.
2. Fabrieken en landbouw gaan beter.
3. Fabrieken gaan slechter, landbouw beter.
4. Fabrieken en landbouw gaan slechter.

Oplossingen?

Fabrieken:

voormalige fabrieksbazen krijgen hun positie (onder toezicht) terug.

Landbouw:

Boeren moesten produceren voor arbeiders en het leger.

Zij produceerden alleen voor zichzelf.

Oplossing?

1. Meer winst op landbouwproducten.
2. Nieuwe gewassen.
3. Het leger sturen en het voedsel afpakken.
4. In gesprek gaan met de boeren.

Oplossing:

• De boeren moesten onder druk worden gezet.
• De Tsjeka wordt opgericht (geheime dienst) 
• Geweld en intimidatie zijn nodig!

Hongersnood

1921: Een hevige hongersnood teistert Rusland.

Rond de 14.000.000 mensen sterven van de honger.

De gruwelijkste verhalen gaan rond.

Lenin grijpt in:

De Nieuwe Economische Politiek (NEP) wordt ingevoerd.

Bestuurd door Staat:

• Banken
• Zware industrie
• mijnbouw
• Buitenlandse handel

In handen van particulieren:

• Binnenlandse handel
• Boeren hoeven maar een klein deel af te staan.
• Overige producten mogen vrij op de markt worden gebracht.

De NEP werkte:

Halverwege de '20 was de productie hetzelfde als voor de oorlog.