Debatteren T3

Debatteren T3
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Debatteren T3

Slide 1 - Slide

Week 1: Introductie debatteren
Wat is debatteren?

Welke ervaringen hebben jullie al met debatteren?

Wat is het verschil tussen formele en informele taal? Welke taalsoort gaan we gebruiken bij het debat. 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Week 1: regels stellen debatteren
  1. Naar elkaar luisteren - stil zijn als iemand praat
  2. Als je praat maak je contact met de anderen
  3. Een goede voorbereiding 
  4. Samenwerken met je groep
  5. Goed en duidelijk (formeel) praten - je moet het kunnen horen
                                                        RESPECT

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Week 2: brandjes blussen
Voorbeeld: 'De vlam in de pan'

Je bent kok in het restaurant 'Vlam in de pan' en je grootste nachtmerrie is werkelijkheid geworden. Afgelopen zaterdag heb jij een pan op het vuur laten staan. Deze is in de fik gevlogen toen je even naar de wc ging en toen je terugkwam stond de hele keuken in de fik. Het hele restaurant is afgebrand. De volgende dag staan alle boze en verdrietige klanten voor het afgebrande restaurant. Jij probeert ze te overtuigen dat ze klant moeten blijven. 

Slide 8 - Slide

Week 2: brandjes blussen
Stap 1: BEGIN: spreek de groep aan die de dupe is geweest van jouw fout.

Stap 2: NOEM HET SLECHTE NIEUWS: vertel wat er is gebeurd en wat er dus mis is gegaan.

Stap 3: WIE ZIJN SCHULD IS DIT?: geef niet aan jezelf, maar aan iemand of iets anders de schuld. Het ligt absoluut niet aan jou!

Stap 4: BEKIJK HET POSITIEF: laat ziek dat je begrijpt hoe vervelend dit is voor je publiek, maar noem meteen daarna wat er positief is aan de situatie.

Stap 5: DE TOEKOMST: leg nu uit welke goede plannen jij in de toekomst gaat uitvoeren, waardoor deze fout nooit meer kan gebeuren.

Stap 6: TROTS: herhaal de positieve dingen uit stap 4 en 5 met een grote glimlach.

Slide 9 - Slide

Week 2: brandjes blussen
In tweetallen kiezen jullie een 'BRANDJE' en je gaat deze uitwerken.

Tijd: 7 minuten om de 6 punten te beantwoorden en je tekst te verdelen.
timer
7:00

Slide 10 - Slide

Week 2: estafettespeech
Je gaat als groep een speech voorbereiden van 2 minuten over een stelling. Na de voorbereidingstijd komt de eerste groep naar voren. Elke 20 seconden drukt de docent op een belletje en neemt leerling 2 het over. 

Kortom: het stokje wordt telkens doorgegeven. Teamwork en een goede voorbereiding zijn de sleutel naar succes.

Slide 11 - Slide

Week 2: estafettespeech
De speech heeft een kop-romp-staart

Slide 12 - Slide

Week 2: estafettespeech
De stelling: 

Alle kinderen tot 18 jaar moeten één keer per week spelen / een praatje maken met een asielzoeker van hun leeftijd

Slide 13 - Slide

Week 3: het Lagerhuis
AUB model gebruiken

ARGUMENT: korte zin

UITLEG: waarom klopt je argument? Waarom is jouw argument goed/slecht/belangrijk?

BIJVOORBEELD: geef een voorbeeld, feit om je argument te versterken

Slide 14 - Slide

Week 3: het Lagerhuis
Stelling:

Dierentuinen moeten verboden worden


                                                                 Voorbereidingstijd:
timer
15:00

Slide 15 - Slide

Week 4: verboden woordendebat
Je krijgt een stelling met verboden woorden. Je bereidt het debat voor, maar zorgt ervoor dat de verboden woorden niet worden gebruikt. De groep wordt in drieën verdeeld:
voorstanders, tegenstanders, publiek (letten op de verboden woorden).

Slide 16 - Slide

Week 4: verboden woordendebat
Stellingen
Er moeten telefoonvrije dagen komen
sociale media - scherm - internet - smartphone

Energiedrankjes moeten verboden worden
ongezond - calorieën - moe - sporten - dorst

Docenten moeten elk jaar samen met hun leerlingen eindexamen afleggen
toetsen - kennis - school - diploma - tijd

Slide 17 - Slide

Week 4: luchtballondebat

Slide 18 - Slide