Formatief handelen

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Formatief handelen

Wat heb ik geleerd in de eerste bijeenkomst?

Wanneer zet ik formatief handelen in?

Wat heb ik geleerd in de tweede bijeenkomst

Kwaliteitsbesef bijbrengen

Wat heb ik geleerd in de derde bijeenkomst?

Kwaliteitsbesef bijbrengen met eigen werk van de leerling

WGHM    Wat gaat hier mis?

LDVN       Lees de vraag nogeens

GAV          Geen antwoord op de vraag

+++

++

Wat heb ik geleerd in de vierde bijeenkomst?

Kwaliteitsbesef en feedback

Zorg steeds voor voldoende oefenmateriaal voor de leerlingen die het na de feedback nog niet snappen.

Het blijft sleutelen.

Wat heb ik geleerd in de vijfde bijeenkomst

Het maken van een DiRK

DiRK

DiRK= Didactische route kaart

Waarom

De DiRK geeft inzicht tussen de doelen, kennis en vaardigheden die nodig zijn om bij het hoofddoel te komen.

Hoofddoelen

1.Loonheffing een voorheffing is op de inkomstenbelasting.

2.Hoe ze de belastingen in de boxen 1 en 3 moeten berekenen

3.De te betalen inkomstenbelasting kunnen berekenen en met behulp van de loonheffing kunnen bepalen of iemand moet bijbetalen of geld teug krijgt.

4.De 3 soorten belastingtarieven kennen en ze in een grafiek herkennen

5.Op welke 3 beginselen er belasting wordt geheven en er een belasting bij kunnen benoemen.

6.Wat nivellering en denivellering is en hoe dit ontstaat.

Nieuwe stof

A. Kunnen uitleggen waarom de loonheffing een voorheffing is op de inkomstenbelasting. Doel 1

B. Wat is belastbaar inkomen en kunnen berekenen. Doel 2 en 3

C. Wat is eigenwoningforfait en kunnen berekenen .Doel 2 en 3

D. Wat zijn bijtellingen bij de inkomstenbelasting . Doel 2 en 3

E. Wat zijn aftrekposten bij de inkomstenbelasting. Doel 2 en 3

F. Berekenen belasting box 1 met schijventarief. Doel 2 en 3

G. Berekenen box 3 vermogensrendementsheffing. Doel 2 en 3

H. Wat zijn heffingskortingen. Doel 3

I. Berekenen van de totaal te betalen inkomstenbelasting. Doel 3

J. Kunnen bepalen of iemand precies genoeg, te weinig of teveel belasting heeft betaald. Doel 3

K. Wat is een progressief, degressief en proportioneel belasting stelsel en deze kunnen herkennen in een grafiek. Doel 4

L. Wat is draagkrachtbeginsel, solidariteitsbeginsel en profijtbeginsel en welke belasting hoort hierbij. Doel 5

M. Wat is nivellering en denivellering en hoe ontstaat dit. Doel 6

Voorkennis

Wat is loonheffing. Nieuwe stof A en I

Wat is inkomstenbelasting. Nieuwe stof A en I

Wat is een progressiefbelastingstelsel. Nieuwe stof K en F

Rekenen met procenten. Nieuwe stof C, E, F, G en M

Bronnen kunnen lezen. Voor alle nieuwe stof

Grafieken kunnen aflezen. Nieuwe stof K

Tabel kunnen lezen. Nieuwe stof C, F, G en H

Uit een opdracht de belangrijke informatie kunnen halen. Voor alle nieuwe stof.

Voorkennis                 Hoe heb ik de Dirk gemaakt?

Wat is loonheffing. Nieuwe stof A en I

Wat is inkomstenbelasting. Nieuwe stof A en I

Wat is een progressiefbelastingstelsel. Nieuwe stof K en F

Nieuwe stof

A. Kunnen uitleggen waarom de loonheffing een voorheffing is op de inkomstenbelasting. Doel 1

B. Wat is belastbaar inkomen en kunnen berekenen. Doel 2 en 3

C. Wat is eigenwoningforfait en kunnen berekenen .Doel 2 en 3

Hoofddoelen

1.Loonheffing een voorheffing is op de inkomstenbelasting.

2.Hoe ze de belastingen in de boxen 1 en 3 moeten berekenen

 

Wat heb ik geleerd in de zesde bijeenkomst?

Van enkelvoudig naar langer feedbackproces

Enkelvoudig

Langer

Introductie eerste onderdeel denken, duo en delen.

Vragen 1, 2 en 4 laten de leerlingen op de wisbordjes zien.

Aanpak denken, duo en delen voor aanvang maken opdrachten. De leerlingen maken duo’s en halen in 5 minuten bedenktijd de antwoorden over het onderwerp op die ik op het bord heb geschreven. Ik loop rond om te luisteren wat er besproken wordt. Tussendoor wijs ik duo’s aan die antwoorden moeten geven en vraag andere duo’s om dit aan te vullen als het antwoord niet compleet is.

Voor het volgende onderdeel van het examen maak ik gebruik van ongevraagd aanwijzen.

Aanpak ongevraagd aanwijzen. De leerlingen krijgen 3 vragen over de opdrachten om hun geheugen op te frissen. Ik vertel dat ik leerlingen ga aanwijzen om antwoorden te geven. Ik gebruik in LessonUp de spinner om te bepalen wie een antwoord moet geven. 

 Dan doorvragen, zeg het nog eens maar dan beter of compliment omdat het een volledig antwoord is. Als er aanvulling nodig is die de leerling niet kan geven dan draai ik de spinner nog een keer.

Voor het volgende onderdeel van het examen kies ik ervoor om met procesvragen te werken.

Aanpak procesvraag. Hoe gaan we dit uitwerken? Ik leg de leerlingen uit dat ze opzoek moeten gaan naar voorkennis die ze hebben. Welke is/zijn dit en schrijf deze op het bord. Hoe kan je straks weten of je antwoord juist is? Waardoor kan je dit weten? Beantwoorden van de vragen 11, 15 en 16 met wisbordjes

Bij de andere vragen wijs ik leerlingen aan om het antwoord te geven met de spinner van LessonUp. Ik reageer met hoe heb je het opgelost, welke keuze heb je gemaakt bij het oplossen? Wat ontbreekt er nog in je oplossing? Is het antwoord nog niet volledig dan weer de spinner  om andere leerlingen over aanpak te vragen of aanvulling op het antwoord.

Formatief Handelen

Wat hoop ik dat formatief handelen mij/ de leerlingen gaat brengen?

1. De leerling  in de "aanstand".

2. De leerling actief zelf opzoek gaat naar antwoorden.

3. De leerling krijgt kwaliteitsbesef.

4. De leerling krijgt eigenaarschap en verantwoordelijkheid

Formatief handelen