Telefoon thuis of in je kluis? Ga dan lekker zitten en leg klaar:
- je schrift en pen;
- je leesboek
- Nieuw Nederlands
Laat je laptop nog even je tas.
maandag 30 september 2024
Maandag 3 februari 2025
Slide 2 - Slide
Lesdoelen, na deze les:
Kun je de hoofdgedachte van een tekst vinden.
Planning van deze les :
Lezen in je leesboek - 10 minuten
Taalvoutje van de week
Meer dan lezen, §3 Hoofdgedachte - uitleg en maken opdrachten
Status nakijken interviewverslag
Slide 3 - Slide
Lezen in je leesboek
Je leest ongeveer 10 minuten in stilte.
Ik loop langs om je gelezen pagina's te noteren.
Na afloop kun je een vraag krijgen over wat je gelezen hebt.
timer
10:00
Slide 4 - Slide
Taalvoutje van de week
Welke letter
mist?
Slide 5 - Slide
Kakifruit
Slide 6 - Slide
Cursus 1 - Meer dan lezen
Planning komende weken:
We doen paragrafen 3 en 4. §1 Onbekende woorden en §2 Onderwerp - al gedaan afgelopen oktober §3 - Hoofdgedachte - vandaag krijg je uitleg hierover §4 - Tekstdoelen en tekstsoorten - doen we later deze week
Komende donderdag : herhaling §3 en §4 en oefentoets
Donderdag 27 februari: proefwerk Meer dan lezen §3 en §4
Slide 7 - Slide
Vandaag: Meer dan lezen, §3 Hoofdgedachte
Hoofdgedachte = het belangrijkste wat in een tekst over het onderwerp wordt gezegd. Dit kun je samenvatten in één zin.
Hoofd belangrijk gedachte wat iemand denkt
Hoe vind je de hoofdgedachte in een tekst?
Bepaal eerst het onderwerp - waar gaat deze tekst over? Een of enkele woorden
Lees de tekst precies
Vraag je dan af: wat is het belangrijkste wat een schrijver wil vertellen over het onderwerp van een tekst?
Het antwoord daarop in één zin is de hoofdgedachte.
Tip: kijk aan het begin of het eind van de tekst of het antwoord daar (letterlijk) staat. formuleer de hoofdgedachte dan zelf.
Slide 8 - Slide
Hoofdgedachte
Lees deze tekst:
IJsberen lijken heel lief en schattig door hun dikke, wollige vacht. Toch moet je oppassen voor deze dieren. IJsberen zijn namelijk roofdieren. Ze eten vlees van andere dieren. Kijk dus maar uit als je er eentje tegenkomt!
Wat is het onderwerp?
Onderwerp: ijsberen
Wat is de hoofdgedachte? (wat is het belangrijkste wat over ijsberen wordt gezegd?)
Hoofdgedachte: Je moet oppassen voor ijsberen
Slide 9 - Slide
§3 Hoofdgedachte
Verschil tussen onderwerp en hoofdgedachte van een tekst?
Onderwerp
- Waar gaat deze tekst over?
- Een of enkele woorden
Hoofdgedachte
- Wat is het belangrijkste wat over het onderwerp wordt gezegd?
- Bestaat uit een hele zin.
Slide 10 - Slide
Zelf aan de slag
WAT? Maak opdrachten 10A, 11A en 12A (leerroute A)
HOE Online: cursus 1 Meer dan lezen §3 Hoofdgedachte (leerroute A)
HULP? Theorie blz. 21/ online staat de theorie bij de opdrachten.
TIJD 15 minuten.
KLAAR? Maak opdracht 1 t/m 3, blz 21 en 22 in je leerwerkboek of maak ze online
KLAAR?
timer
15:00
Slide 11 - Slide
Evaluatie
Je kunt nu het de hoofgedachte van een tekst vinden.
Slide 12 - Slide
Volgende les woensdag 5 februari
Geen huiswerk
We herhalen §3 en gaan verder met §4 - tekstdoelen en tekstsoorten
Slide 13 - Slide
Welkom th1a!
Telefoon thuis of in je kluis? Ga dan lekker zitten en leg klaar:
- je schrift en pen;
- je leesboek
- Nieuw Nederlands
Laat je laptop nog even je tas.
maandag 30 september 2024
Woensdag 5 februari 2025
Slide 14 - Slide
Lesdoelen, na deze les:
Kun je de hoofdgedachte van een tekst vinden.
Kun je tekstdoelen en tekstsoorten herkennen
Planning van deze les :
Lezen in je leesboek - 10 minuten
Meer dan lezen, §3 Hoofdgedachte - herhaling uitleg en maken opdrachten.
Volgend lesuur:
§4 Tekstdoelen en tekstsoorten
Slide 15 - Slide
Lezen in je leesboek
Je leest ongeveer 10 minuten in stilte.
Ik loop langs om je gelezen pagina's te noteren.
Na afloop kun je een vraag krijgen over wat je gelezen hebt.
timer
10:00
Slide 16 - Slide
Cursus 1 - Meer dan lezen
Planning komende weken:
We doen paragrafen 3 en 4. §3 - Hoofdgedachte - afgelopen maandag kreeg je uitleg. Vandaag opdrachten maken §4 - Tekstdoelen en tekstsoorten - doen we vandaag en morgen
Komende donderdag : herhaling §3 en §4 en oefentoets
3 maart: proefwerk Meer dan lezen §3 en §4
Slide 17 - Slide
apps.noordhoff.nl
Slide 18 - Link
Vandaag: Meer dan lezen, §3 Hoofdgedachte
Hoofdgedachte = het belangrijkste wat in een tekst over het onderwerp wordt gezegd. Dit kun je samenvatten in één zin. Hoofd = belangrijk, gedachte = wat iemand denkt
Hoe vind je de hoofdgedachte in een tekst?
Bepaal eerst het onderwerp - waar gaat deze tekst over? Een of enkele woorden.
Lees de tekst precies
Vraag je dan af: wat is het belangrijkste wat een schrijver wil vertellen over het onderwerp van een tekst? Het antwoord daarop in één zin is de hoofdgedachte.
Tip: kijk aan het begin of het eind van de tekst of het antwoord daar (letterlijk) staat. Zo niet, formuleer de hoofdgedachte dan zelf.
Slide 19 - Slide
Hoofdgedachte
Lees deze tekst:
IJsberen lijken heel lief en schattig door hun dikke, wollige vacht. Toch moet je oppassen voor deze dieren. IJsberen zijn namelijk roofdieren. Ze eten vlees van andere dieren. Kijk dus maar uit als je er eentje tegenkomt!
Wat is het onderwerp?
Onderwerp: ijsberen
Wat is de hoofdgedachte? (wat is het belangrijkste wat over ijsberen wordt gezegd?)
Hoofdgedachte: Je moet oppassen voor ijsberen
Slide 20 - Slide
§3 Hoofdgedachte
Verschil tussen onderwerp en hoofdgedachte van een tekst?
Onderwerp
- Waar gaat deze tekst over?
- Een of enkele woorden
Hoofdgedachte
- Wat is het belangrijkste wat over het onderwerp wordt gezegd?
- Bestaat uit een hele zin.
Slide 21 - Slide
Zelf aan de slag
WAT? Maak opdrachten 10A, 11A en 12A (leerroute A)
HOE Online: cursus 1 Meer dan lezen §3 Hoofdgedachte (leerroute A)
HULP? Theorie blz. 21/ online staat de theorie bij de opdrachten.
TIJD 7 minuten.
KLAAR? Maak opdracht 1 t/m 3, blz 21 en 22 in je leerwerkboek of maak ze online.
KLAAR?
timer
15:00
Slide 22 - Slide
Vijf minuten pauze!
Je mag even rondlopen, naar de wc gaan.
Slide 23 - Slide
apps.noordhoff.nl
Slide 24 - Link
§4 - Tekstdoelen en tekstsoorten
Elke tekst heeft een doel: wat de schrijver wil bereiken.
Vijf tekstdoelen. Een tekstsoort heeft een vast tekstdoel
Slide 25 - Slide
Samen aan de slag met tekstdoelen en tekstsoorten
Je krijg een memoblaadje met daarop een tekstsoort.
Bekijk het goed. Daarna plak je het op het bord onder het juiste tekstdoel.
TIJD: 5 minuten. Daarna samen bespreken.
Slide 26 - Slide
Nu zelf aan de slag
WAT? Maak opdracht 1 en 2 van §4 Tekstdoelen en tekstsoorten
HOE In je leerwerkboek, blz. 26 en 27 / Online: cursus 1 Meer dan lezen §4 Tekstdoelen en tekstsoorten
HULP? Theorie blz. 26/ online staat de theorie bij de opdrachten.
TIJD 8 minuten.
KLAAR? Maak opdracht 3 en 4 blz 28 in je leerwerkboek of online
KLAAR?
timer
15:00
Slide 27 - Slide
Evaluatie
Je kunt nu het de hoofdgedachte van een tekst vinden.
Je kunt nu tekstdoelen en tekstsoorten herkennen.
Slide 28 - Slide
Volgende les donderdag 6 februari
Maak opdracht 1 t/m 3, blz 21 en 22 in je leerwerkboek of maak ze online cursus 1 Meer dan lezen §3 Hoofdgedachte.
Slide 29 - Slide
Welkom th1a!
Telefoon thuis of in je kluis? Ga dan lekker zitten en leg klaar:
- je schrift en pen;
- je leesboek
- Nieuw Nederlands
Laat je laptop nog even je tas.
maandag 30 september 2024
Donderdag 6 februari 2025
Slide 30 - Slide
Lesdoelen, na deze les:
Kun je de hoofdgedachte van een tekst vinden.
Kun je tekstdoelen en tekstsoorten herkennen.
Planning van deze les :
Lezen in je leesboek - 10 minuten
Huiswerk §3 Hoofdgedachte
Oefentoets §3 maken
Slide 31 - Slide
Lezen in je leesboek
Je leest ongeveer 10 minuten in stilte.
Ik loop langs om je gelezen pagina's te noteren.
Na afloop kun je een vraag krijgen over wat je gelezen hebt.
timer
10:00
Slide 32 - Slide
Cursus 1 - Meer dan lezen
Planning komende weken:
We doen paragrafen 3 en 4. §3 - Hoofdgedachte §4 - Tekstdoelen en tekstsoorten
Vandaag: herhaling §3 en §4 en oefentoets
3 maart: proefwerk Meer dan lezen §3 en §4
Slide 33 - Slide
Huiswerk voor vandaag
Je maakt nu af: opdracht 1,2 en 3 van §3 Hoofdgedachte
Tijd: 10 minuten.
Klaar? Maak opdracht 1, 2 (vraag 1,2 en 3) en opdr. 3 van §4 Tekstdoelen en tekstsoorten.
Slide 34 - Slide
§3 Hoofdgedachte
Verschil tussen onderwerp en hoofdgedachte van een tekst?
Onderwerp
- Waar gaat deze tekst over?
- Een of enkele woorden
Hoofdgedachte
- Wat is het belangrijkste wat over het onderwerp wordt gezegd?
- Bestaat uit een hele zin.
Slide 35 - Slide
§4 - Tekstdoelen en tekstsoorten
Elke tekst heeft een doel: wat de schrijver wil bereiken.
Vijf tekstdoelen. Een tekstsoort heeft een vast tekstdoel
Slide 36 - Slide
Oefentoets maken
WAT? Maak oefentoets Lezen §3 online
HOE Online: cursus 1 Meer dan lezen -> Oefentoetsen4 Tekstdoelen en tekstsoorten
HULP? Theorie blz. 21 en 26/ online staat de theorie bij de opdrachten.
TIJD? 10 minuten.
KLAAR? Maak oefentoets Lezen §4
timer
10:00
Slide 37 - Slide
Evaluatie
Je kunt nu het de hoofdgedachte van een tekst vinden.
Je kunt nu tekstdoelen en tekstsoorten herkennen.
Slide 38 - Slide
Volgende les maandag 24 februari
Herhaling Meer dan lezen, §3 Hoofdgedachte en §4 Tekstdoelen en tekstsoorten.