Buitenland ICP

1 / 20
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Internationale Concurrentie Positie

Slide 2 - Mind map

Internationale Concurrentie Positie (ICP)
Bij een goede concurrentiepositie zijn de producten van een land aantrekkelijk voor het buitenland. Omdat het buitenland veel producten komt kopen in dit land, groeit de export. Die producten moeten natuurlijk geproduceerd worden, hetgeen veel werkgelegenheid oplevert.
Hoe worden de producten van een land aantrekkelijk voor het buitenland? 

De prijs → lage loonkosten (wat moet een bedrijf betalen aan het personeel)
De prijs → hoge arbeidsproductiviteit (apt)

Arbeidsproductiviteit: de hoeveelheid geproduceerde goederen per persoon per tijdseenheid.

Slide 3 - Slide

Internationale Concurrentie Positie (ICP)
De producten van een land zijn aantrekkelijk voor het buitenland door:
De prijs
De kwaliteit
De service

Dit is afhankelijk van de volgende factoren:

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Hoe kunnen we de kwaliteit van de productiefactor ARBEID verbeteren?

Slide 6 - Open question

Welk voorbeeld van de productiefactor NATUUR heeft Nederland zeer zeker?

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Slide

Arbeidsproductiviteit = apt

Arbeidsproductiviteit: de hoeveelheid geproduceerde goederen per persoon per tijdseenheid. 
Apt = het aantal geproduceerde goederen / aantal werknemers



Slide 9 - Slide

De prijs van een product wordt mede bepaald door de loonkosten per product.
Loonkosten per product zijn afhankelijk van loonkosten per werknemer en arbeidsproductiviteit (apt)

Arbeidsproductiviteit: de hoeveelheid geproduceerde goederen per persoon per tijdseenheid. 
Apt = het aantal geproduceerde goederen / aantal werknemers

Loonkosten per product = loonkosten per werknemer / apt

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Spijkerharde concurrentie
Het confectiebedrijf Pepi produceert een bepaald merk spijkerbroeken. Pepi ondervindt hevige concurrentie van andere merken. Het management overweegt daarom de productie te innoveren met computergestuurde naaimachines. Daarbij wil het management de winst per product handhaven. De verwachting van het management is dat na de innovatie met dezelfde hoeveelheid personeel een grotere omzet kan worden gerealiseerd. Zet de volgende  economische verschijnselen in de juiste volgorde. Begin met 1 = De arbeidsproductiveiteit stijgt.

Slide 14 - Slide

1
2
3
4
5
De arbeidsproductiviteit stijgt
De concurrentiepositie verbetert
De kosten per spijkerbroek dalen
De verkoopprijzen worden verlaagd
De omzet neemt toe

Slide 15 - Drag question

Hoe wordt een investering genoemd waarbij een onderneming kiest voor een kapitaalintensievere techniek en waarbij de arbeidsproductiviteit stijgt.
A
Diepte investering
B
Breedte investering

Slide 16 - Quiz

Noem nog twee andere manieren waardoor de arbeidsproductiviteit kan stijgen.
A
mensen ontslaan
B
scholing en langer werken
C
meer loon betalen
D
scholing en specialisatie

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Buitenland
De opgaven van het onderwerp Buitenland worden besproken in de Daltonuren:

Dinsdag 12 mei
Maandag 18 mei
Dinsdag 26 mei
Vrijdag 29 mei

Slide 19 - Slide

PO Buitenland
Opdracht in Classroom
individueel
via Classroom inleveren
inleveren op vrijdag 29 mei
maximaal twee pagina's
goed lezen!

Slide 20 - Slide