Zelfstandig naamwoord & lidwoord

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom!

Leg NieuwNederlands vast op tafel.

Hoe ging de toetsweek?!

Planning 

- Woordsoorten (formatief)

- Leesboek 3 (formatief)

- Inhalen/herkansen

Vandaag

Zelfstandig naamwoorden en lidwoorden (blz. 206)

Zelfstandig naamwoord (ZN)

Een woord voor een mens (meisje), dier (hond), ding (tafel) of gevoel (haat).

Maar...

Zelfstandig naamwoord (ZN)

Eigennaam (ZN-E)

Mens, dier, ding of gevoel

Fiets, ring, boom, berg, rivier, tafel

Naam van mens/land/plaats/gebouw

Vogelzang, Rijksmuseum, Frankrijk, Meppel, Dingstede

Lidwoorden

We hebben drie verschillende lidwoorden:

Lidwoorden

We hebben drie verschillende lidwoorden: 'de', 'het'  en 'een'

Lidwoorden (LW)

We hebben drie verschillende lidwoorden: 'de', 'het'  en 'een'

Bepaald lidwoord (BLW): de & het.

Je weet precies wat bedoeld wordt met de jas, het kastje

Onbepaald lidwoord (OLW): een.

Je weet niet precies wat bedoeld wordt met een jas, een kastje

Uitzonderingen

Het is geen LW wanneer het niet bij een ZN hoort:

Het is vier uur en het regent.

Uitzonderingen

Het is geen LW wanneer het niet bij een ZN hoort:

Het is vier uur en het regent.

Een is geen LW als het wordt gebruikt als getal:

Een van de jongens.

Aan de slag!

Maak opdracht 2 t/m 4 op blz. 206-207

Klaar? Maak voor jezelf een samenvatting van de theorie.