Les 4

Welkom in de les
Mh1g
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom in de les
Mh1g

Slide 1 - Slide

Programma

1. Uitleg zinsontleding

2. Quiz en zelfstandig werken

3. Afsluiting


Slide 2 - Slide

Zinsontleding: vaste stappen

  1. Persoonsvorm uit de zin halen (pv)
  2. Zinsdelen maken (zd)
  3. (Werkwoordelijk) gezegde uit de zin halen (wg)
  4. Onderwerp uit de zin halen (ow)


Slide 3 - Slide

Uitleg zinsontleding
              Opdracht in duo's: haal de pv (persoonsvorm) uit de zin.

1. Gisteren liet die verstrooide dame al haar boodschappen vallen.

2. Billy heeft zijn broek ondergekotst.

3. Zag jij hoe die gevaarlijke bulldog aangevallen werd door die schattige chihuahua?
timer
1:00

Slide 4 - Slide

Wat is de juiste volgorde van zinsontleding?
A
pv, ow, wg, zd
B
ow, zd, pv, wg
C
pv, wg, ow, zd
D
pv, zd, wg, ow

Slide 5 - Quiz

Hoe vind je de pv?
A
Zin in een andere tijd zetten
B
Getalproef (ev -> mv / mv -> ev)
C
Vraagzin van maken (kan niet altijd)
D
a,b,c

Slide 6 - Quiz

Uitleg zinsontleding
              Opdracht in duo's: haal de pv (persoonsvorm) uit de zin.

1. Gisteren liet die verstrooide dame al haar boodschappen vallen.

2. Billy heeft zijn broek ondergekotst.

3. Zag jij hoe die gevaarlijke bulldog aangevallen werd door die schattige chihuahua?

Slide 7 - Slide

Husselproef (zinsdeelstrepen)
Wat kan er voor de pv (persoonsvorm)?

Opdracht in duo: Knippen en husselen maar!


1. De sterke chimpansee gaf een halve banaan aan zijn hongerige broer.
2. Meneer Peeters zal niet naar school komen wegens corona.
3. 's Avonds knutselt hij vaak mooie dingen in zijn kamer.

timer
7:00

Slide 8 - Slide

Husselproef (zinsdeelstrepen)

1. Gisteren / liet / die verstrooide dame/ al haar boodschappen/ vallen./


2. Meneer de Rooij /zal niet /naar school /komen/ wegens corona./

3. 's Avonds / knutselt / hij / vaak / mooie dingen / in zijn kamer.


Slide 9 - Slide

LET OP: onhusselbare zinnen ;-)
Waarom ben je bang? --> niet te husselen
Wie neemt de leiding? --> Niet te husselen

Trucje bij vraagzinnen: maak er een normale zin van (geen vraag dus)
VAAK: W wordt D 

- Waarom lieg jij? --> Daarom lieg jij.
- Wat wil je nou? --> Dat wil je nou.
- Wie is het? --> Die is het.

Slide 10 - Slide

Wat is het onderwerp van deze zin?

Aan de supporters wordt een cadeautje gegeven.
A
de supporters
B
cadeautje
C
een cadeautje
D
aan de supporters

Slide 11 - Quiz

Welke zinsontleding is goed?
A
Wij /gaan/ niet / naar school fietsen.
B
Wij /gaan/ niet / naar school/ fietsen.
C
Wij /gaan/ niet naar school fietsen.
D
Wij /gaan niet / naar school fietsen.

Slide 12 - Quiz

'Je' (als onderwerp van een zin) is hetzelfde als 'Jij'
A
niet waar
B
waar
C
soms

Slide 13 - Quiz

LAATSTE VRAAG

Welke zinsdeelstrepen staan goed?
A
Waarom/ wil/ jij/ niet/ mee?
B
Waarom/ wil/ jij/ niet mee?
C
Waarom/ wil/ jij niet mee?
D
Waarom wil/ jij/ niet/ mee?

Slide 14 - Quiz

Grammatica zinsdelen

 - Ik kan zinsdeelstrepen zetten.
-  Ik kan de persoonsvorm van elke zin vinden.
- Ik kan het onderwerp van elke zin vinden.
- Ik kan het werkwoordelijk gezegde van elke zin vinden.


Slide 15 - Slide

Zelfstandig aan de slag!

Slide 16 - Slide