This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
5 Kan de overheid dat regelen?
5.1 Overheid, burgers en bedrijven
Slide 1 - Slide
5.1 Stuurt de overheid de economie
Leerdoelen
Ik weet meer over de collectieve en particuliere sector
Ik kan aan de hand van een voorbeeld herkennen of er sprake is van marktwerking.
Ik kan voorbeelden geven op welke manier de overheid de economie beïnvloed.
Ik weet meer over privatisering en nationalisering
Slide 2 - Slide
Voorbeeld collectieve voorziening in de gemeente.
Slide 3 - Mind map
5.1 Stuurt de overheid de economie
Collectieve goederen
Goederen die de overheid betaalt en waarvan iedereen (al dan niet tegen betaling) gebruik van kan maken.
Algemeen belang
Kwaliteit van de dienst op peil houden
Onzinnig om elke Nederlander apart te laten betalen.
Betaalbaar voor iedereen
Slide 4 - Slide
5.1 Stuurt de overheid de economie
Collectieve sector
Alle activiteiten die horen bij de overheid vallen onder de collectieve sector.
Slide 5 - Slide
5.1 Overheid , burgers en bedrijven
Marktwerking
Particuliere bedrijven concurreren met elkaar:
prijzen laag houden
kwaliteit verhogen
Bedrijven en burgers samen vormen de
particuliere sector
Hier ontstaat marktwerking
Slide 6 - Slide
In de collectieve sector heb je altijd te maken met marktwerking
A
Juist
B
Onjuist
Slide 7 - Quiz
Door marktwerking is er concurrentie tussen bedrijven
A
Juist
B
Onjuist
Slide 8 - Quiz
Selin denkt dat marktwerking nadelig is voor de kwaliteit van producten. Mariam is dat niet eens met Selin. Wie heeft/hebben gelijk ?
A
Selin
B
Mariam
C
Beide
D
Geen van beide
Slide 9 - Quiz
Wat is GEEN voordeel van marktwerking (concurrentie)?
A
Prijzen kunnen lager worden
B
Er is meer keuze
C
Er is meer kwaliteit/betere service
D
Je betaalt minder BTW
Slide 10 - Quiz
5.1 Overheid, burgers en bedrijven
Privatiseren
De overheid besteedt taken uit of draagt ze over aan particulier bedrijven:
Het wordt niet langer beschouwd als een overheidstaak.
Het is goedkoper om een particulier bedrijf in te schakelen.
Het tegenovergestelde gebeurt ook..... soms.
Nationaliseren
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Wat is privatisering?
A
De overheid koopt een dienst of activiteit van een particulier bedrijf
om hier winst mee te maken.
B
De overheid stimuleert particuliere bedrijven om meer mensen in dienst te nemen.
C
De overheid verkoopt een dienst of activiteit aan een bedrijf in de particuliere sector.
D
De overheid beschermt het privévermogen van eigenaren van bedrijven in de particuliere sector.
Slide 13 - Quiz
Stelling 1: Privatiseren is het overhevelen van productie door de overheid naar particuliere sector. Stelling 2: Privatisering geeft alleen maar voordelen voor de consument.
A
Beide stellingen zijn goed
B
Stelling 1 is goed, stelling 2 is fout
C
Stelling 1 is fout, stelling 2 is goed
D
Beide stellingen zijn fout
Slide 14 - Quiz
Door privatisering wordt de .... steeds kleiner.
A
Particuliere sector
B
Collectieve sector
Slide 15 - Quiz
Wat is een voordeel van privatiseren?
Slide 16 - Open question
Wat is een nadeel van privatisering?
Slide 17 - Open question
Wat is GEEN gevaar van privatiseren?
A
De prijzen dalen omdat er sprake is van marktwerking.
B
Werknemers worden op grote schaal ontslaan.
C
Service/kwaliteit vermindert doordat er geen overheidstoezicht is.
D
De prijs van het aangeboden goed of dienst wordt verhoogd.
Slide 18 - Quiz
Waarom?
Slide 19 - Open question
5.1 Overheid, burgers en bedrijven
Ingrijpen overheid
Gewenst gedrag aanmoedigen
Subsidies (bv. zonnepannelen)
Belastingvoordelen (bv. elektrisch rijden)
Ongewenst gedrag ontmoedigen:
Accijnzen (bv. alcohol, sigaretten en brandstof)
Heffingen
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
5 Kan de overheid dat regelen?
5.1 Overheid, burgers en bedrijven
Slide 22 - Slide
5.1 Overheid, burgers en bedrijven
Opdrachten maken
Opdrachten 1 t/m 10.
Klaar?
Nakijken
Klaar?
Paragraaf 2 lezen = huiswerk
Klaar?
Oprachten 1 t/m 3 van paragraaf 2 maken.
Slide 23 - Slide
5.1 Stuurt de overheid de economie
Leerdoelen
Ik weet meer over de collectieve en particuliere sector
Ik kan aan de hand van een voorbeeld herkennen of er sprake is van marktwerking.
Ik kan voorbeelden geven op welke manier de overheid de economie beïnvloed.
Ik weet meer over privatisering en nationalisering