fictie: de eerste bladzijde

1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Waarom is lezen belangrijk?

Slide 2 - Mind map


  • Je vergroot je taalvaardigheid.
  • Je verrijkt je woordenschat.
  • Je leert over anderen (en andere culturen).
  • Je vergroot je kennis.
  • Je kunt je beter inleven in anderen.
  • Je leert wat je zelf belangrijk vindt.
  • Je prikkelt je verbeelding.
  • Je traint je concentratie.

Slide 3 - Slide

De eerste bladzijde.

Slide 4 - Slide

Hoe kies jij een boek?

Slide 5 - Mind map

Lesdoelen:

  • Je leert dat je veel informatie krijgt door alleen de eerste bladzijde van een boek te lezen.

  • Het wordt makkelijker om zelfstandig een boek te kiezen.

Slide 6 - Slide

  • Je bekijkt de cover van het boek.

  • Je leest het stukje tekst op de achterkant.

  • Je bladert door het boek.

  • Je bekijkt illustraties.

.

Slide 7 - Slide

  • Jullie bekijken in groepjes   van twee of drie de eerste 
     bladzijde uit een boek. (Dit kan ook digitaal op bol.com)

  • Lees deze bladzijde en beantwoord daarna de vragenlijst.
  • Uiteraard mogen jullie
     overleggen.

Slide 8 - Slide

Vragenlijst eerste bladzijde

1. Wat weet je al over het uiterlijk van de hoofdpersoon?
2. Heeft de hoofdpersoon een duidelijke emotie? 
    Wat is de emotie van de hoofdpersoon?
3. Wat weet je over waar dit verhaal zich afspeelt?
4. Is het verhaal geschreven in de tegenwoordige tijd of
    in de verleden tijd? Wat vind je prettiger om te lezen?
5. Kun je voorspellen waar dit boek over zal gaan?


Slide 9 - Slide

6. Wat denk je, is dit een spannend boek, een grappig boek,
    een romantisch boek of iets anders?
7. Staan er op deze eerste bladzijde woorden die je moeilijk
    vindt?
8. Word je nieuwsgierig naar het verhaal door deze bladzijde?
    Hoe komt dat?

De vragenlijst (worddocument) kun je vinden in Magister 


Slide 10 - Slide


Ga nu naast elkaar zitten
lees de tekst en maak de opdrachten.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

  • Jullie krijgen nu het boek waarin die eerste bladzijde staat.

  • Bekijk de voorkant en lees de achterkant.

  • Kunnen jullie erachter komen of jullie antwoorden goed waren?

  • Zag het boek eruit zoals jullie verwacht hadden?

Slide 13 - Slide


  • Afspraak: 

     Voor de drie boeken die je kiest voor je boekopdracht, 
     moet dat elke keer een andere titel en een andere schrijver
     zijn.
 

Slide 14 - Slide

  • Ga naar de bibliotheek 
                                    
  • Bekijk de cover, lees de achterkant en lees de eerste bladzijde.
  • Lijkt het boek je interessant, dan leen je het.
 

Slide 15 - Slide

Inleven in een verhaal betekent...
A
Dat je de hoofdpersoon herkent.
B
Dat je de situaties waarin de hoofdpersoon zich bevindt, herkent.
C
Dat je meeleeft met de hoofdpersoon.
D
Dat je je kunt voorstellen hoe het is om iemand anders te zijn of hoe iemand anders zich voelt.

Slide 16 - Quiz

Mag je van één schrijver meerdere titels lezen voor de lijst?
A
ja
B
nee
C
alleen in overleg

Slide 17 - Quiz

De flaptekst is:
A
De informatie op de voorkant van het omslag.
B
De informatie op de achterkant van het omslag.

Slide 18 - Quiz

Mijn favoriete genre is
of mijn favoriete genres zijn:

Slide 19 - Drag question