Pallas 9

Gemengde groep
ZNW & BNW
1 / 20
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Gemengde groep
ZNW & BNW

Slide 1 - Slide

Hoe weet je of een woord bij de gemengde groep hoort?

Slide 2 - Open question

ἡ τελευτη gaat dus volgens
A
ἡ γυνη
B
ὁ λεων
C
ἡ μαχη
D
ἡ χωρα

Slide 3 - Quiz

ὁ παις gaat dus volgens
A
ἡ γυνη
B
ὁ λεων
C
το σωμα
D
ὁ δουλος

Slide 4 - Quiz

op een rijtje
1. De rijtjes van het ZNW gemengde groep zijn regelmatig
2. Je vraagt je bij een woord dus allereerst af 'wat is de gen.sg.'?
3. In je boek staan 5 rijtjes om de meerdere mogelijkheden van de dat.pl. weer te geven
4. een woord van de gemengde groep gaat dus niet volgens één van die rijtjes
5. belangrijk is de eindletter van de stam!

Slide 5 - Slide

-σιν (p.77)
κ, γ, χ + σ = ξ
τ, δ, θ + σ = σ (dentaal vervalt)
π, β, φ + σ = ψ
ν + σ = σ (ν vervalt)
ντ + σ = σ (ντ vervalt + stamklinker verlengt)

Slide 6 - Slide

opgelet
ὁ πατερ heeft een stam die bij verbuiging soms wel soms geen extra -ε- heeft.

ἡ θυγατηρ, ὁ ἀνηρ en ἡ μητηρ hebben dezelfde dat.pl. als ὁ πατερ = -ασι(ν).

Dit wil dus niet zeggen dat de stam bij deze drie woorden ook een extra -ε- krijgt.

Slide 7 - Slide

Verbind de juiste contracties
(= samentrekking) met de juiste medeklinkerbotsing -
LET OP je hebt slechts vier van de sleep-antwoorden nodig.
β + σιν
ν + σιν
τ + σιν
κ + σιν
ψιν
σιν
σιν
ξιν
πιν
τιν

Slide 8 - Drag question

wat is de dat.pl. van το πυρ (πυρος)?
A
τοις πυρσιν
B
τοις πυρασιν
C
τοις πυσιν

Slide 9 - Quiz

Wat is de dat.pl. van ἡ μητηρ (μητρος)?
A
ταις μητρσιν
B
ταις μητρασιν
C
ταις μηταξιν
D
ταις μησιν

Slide 10 - Quiz

wat is de dat.pl. van το δειπνον (δειπνου)?
A
τοις δειψιν
B
τοις δειπνασιν
C
τοις δειπνοις
D
τοις δειπνοσιν

Slide 11 - Quiz

wat is de dat.pl. van τι (τινος)?
A
τισιν
B
τινσιν
C
τινοις
D
τιψιν

Slide 12 - Quiz

ZNW
α/η - groep
bv. ἡ μαχη

ο - groep
bv. ὁ νους

gemengde groep
bv. ὁ λεων (λεοντος)
BNW
-ος, -α/η -ον groep
bv. δεινος, μακρος,
μεγας, πολυς

gemengde groep
σωφρων (σωφρονος)
of
πας, πασα, παν

Slide 13 - Slide

op een rijtje
1. volgens welk rijtje gaat het BNW?
       a. ο, η/α, ον  of  gen sg. - ος 
       b. gemengde groep met 2 of 3 geslachten?
2. benoem naamval, getal, geslacht van BNW 
3. zoek matchend ZNW 
(n.b. stappen 2/3 kunnen natuurlijk ook andersom)
4. let op lidwoorden! τα σωματα τα δεινα ὁ Ἀχιλλευς λειπει.

Slide 14 - Slide

voorbeeld
vb1 ἀνδρα (ἀφρων)
1. ὁ ἀνηρ, ἀνδρος - ἀφρων, ἀφρονος < beide woorden horen bij de gemengde groep, met 2 geslachten
2. ἀνδρα = acc.sg.M (man)
3. ἀφρον-α
vb2 ἀνδρα (πας, πασα, παντος)
3. παντα

Slide 15 - Slide

Zet het BNW in de goede vorm
παισι (παντες)
A
παντι
B
πανταις
C
παντοις
D
πασι

Slide 16 - Quiz

Zet het BNW in de goede vorm
ἐριδος (μεγας)
A
μεγαλος
B
μεγα
C
μεγαλου
D
μεγαλης

Slide 17 - Quiz

Zet het BNW in de goede vorm
σωτηρσι (εὐδαιμων, -ονος)
A
εὐδαιμοσι
B
εὐδαιμονοις
C
εὐδαιμονι
D
εὐδαιμοξι

Slide 18 - Quiz

Zet het BNW in de goede vorm
πατερας (πας)
A
πασι
B
παντας
C
παντος
D
πασαις

Slide 19 - Quiz

extra oefenen?
Haal uit een tekst (9A of 9B) 5 zelfstandig naamwoorden en zet er de juist vorm van bijv. πας, ἀφρων, πολυς of ἀξιος bij.

Slide 20 - Slide