Klassieke literatuur in de Oudheid

Klassieke literatuur in de Oudheid
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Klassieke literatuur in de Oudheid

Slide 1 - Slide

Welkom
Pak je leesboek, leg je boek, schrift en pen alvast
op tafel.  

                                                    Nederlands vwo 4

Slide 2 - Slide

timer
15:00

Slide 3 - Slide

Literatuur middeleeuwen en renaissance les 1

Slide 4 - Slide

lesdoel
  • Je kunt de hoofdlijnen schetsen van de oorsprong van de literatuur in de oudheid (Grieken, Romeinen, Joden en Christenen)
  • Je weet in hoofdlijnen hoe de Bijbel in elkaar zit en welke invloed de Bijbel had op een middeleeuwer

Slide 5 - Slide

Oudheid - 3.1 over goden en mensen
- Wanneer was de oudheid?
- Er waren nog geen landen. Wat was er wel?
- Hoe komt het dat gebruiken uit Rome ook normaal werden in grote delen van Europa, het Midden-Oosten en Noord-Afrika? 

Slide 6 - Slide

Oudheid
- 3000 v.C. tot 500 n.C.
-  stadstaten
- Rome werd in 509 v.C. een republiek  
- veroveringsoorlogen --> groot deel van Europa, Midden-  
    Oosten en Noord-Afrika veroverd
-  volken namen gebruiken over (aangepaste en verbeterde 
    vorm)

Slide 7 - Slide

Geloof in de oudheid
- Waar geloofden de Grieken in? 
- Waarin geloofden joden in Palestina (= groot gebied in het  
    Midden-Oosten)
- Welke tweedeling ontstond er in dat geloof?
- Vanaf 394 was er een staatsgodsdienst in het Romeinse rijk. Welk geloof was dat en hoe werd dit geloof de staatsgodsdienst?

Slide 8 - Slide

Geloof in de oudheid
- in veel verschillende goden (polytheïsme) 
- in één God (monotheïsme) - Jahweh, komst Messias
- Christenen geloofden dat Jezus de gekomen Messias is
- Het Christendom werd in 394 onder keizer Theodosius de staatsgodsdienst nadat keizer Constantijn in 312 een oorlog had gewonnen nadat hij tot de  God van de christenen had gebeden. 

Slide 9 - Slide

Klassieke literatuur
- Wat zijn de drie hoofdgenres in de klassieke Griekse 
   literatuur? 
- Leg uit wat deze genres inhouden.
- Leg uit wat een epos is.
- Vertel hoe de Romeinse klassieke literatuur veranderde onder 
   invloed van de Griekse klassieke literatuur.
- Wat zijn mythen?

Slide 10 - Slide

Klassieke literatuur
1. Epiek - verhalende teksten
2. Lyriek - teksten (gedichten) die over persoonlijke gevoelens 
    gaan
3. dramatiek - toneel

Epos = heldendicht (lang verhalend gedicht over heldendaden van personen of goden); mengvorm van  epiek en lyriek 


Slide 11 - Slide

Klassieke literatuur
Romeinse teksten - aanvankelijk over aardse zaken zoals geschiedenis, recht en staatsinrichting. 
Door vermenging cultuur --> komedies en tragedies in theaters (vertaald of naar Grieks voorbeeld)

Mythen = verhalen waarin een verklaring wordt gegeven voor verschijnselen die moeilijk te begrijpen waren toen

Slide 12 - Slide

De Bijbel
- Oude testament = de geschiedenis van het joodse volk en  
    lyrische teksten
- Nieuwe testament = evangeliën over het leven van Jezus, 
    geschiedenis van de apostelen, brieven van de apostelen, 
    een tekst over de wederkomst van Christus


Slide 13 - Slide

De Bijbel
- Hoe is de Bijbel opgebouwd? Beschrijf de inhoud van de delen.
- Hoe komt het dat weinig middeleeuwers de Bijbel lazen?
- Hoe kreeg de middeleeuwer kennis van de Bijbel?

Slide 14 - Slide