Ma 29 januari spelling werkwoorden

Ma 29 januari spelling werkwoorden
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, bLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Ma 29 januari spelling werkwoorden

Slide 1 - Slide

Werkwoordspelling
   Werkwoordspelling
    

Slide 2 - Slide

 Werkwoordspelling

Slide 3 - Slide

 Werkwoordspelling

Slide 4 - Slide

Werkwoordspelling

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

werkwoordspelling
A
Hij onthoud alles.
B
Hij onthoudt alles.

Slide 7 - Quiz

werkwoordspelling tegenwoordige tijd werkwoordspelling
A
Hij zaagd het hout..
B
Hij zaagt het hout.
C
Hij zaagdt het hout.

Slide 8 - Quiz

werkwoordspelling
A
De oude man verstuurt de brief.
B
De oude man verstuurd de brief.

Slide 9 - Quiz

Werkwoordspelling
A
hij bediend
B
hij bedient

Slide 10 - Quiz

We hebben de werkwoordspelling ......
We hebben deze les dus al hard....
Nu weet ik precies hoe dit werkwoord .... moet worden!
herhaalt
herhaald
gewerkt
gewerkd
gespelt
gespeld
gespeldt

Slide 11 - Drag question

Wat is de persoonsvorm in deze zin:
"Lien weet wat de persoonsvorm is."
A
Lien
B
weet
C
persoonsvorm
D
Is

Slide 12 - Quiz

Welke proef om de persoonsvorm te vinden wordt gebruikt?
Mohammed heeft de wedstrijd gewonnen.
Heeft Mohammed de wedstrijd gewonnen?
A
Vraagproef
B
Tijdproef

Slide 13 - Quiz

Wat is de PV?
Het weer is de afgelopen dagen erg wisselvallig geweest.
A
weer
B
wisselvallig
C
geweest
D
is

Slide 14 - Quiz

Uitleg spelling 2.8
1. Is het werkwoord de persoonsvorm?
Ja
Nee
Maak het woord langer, je hoort dan een -d of -t
Spelling persoonsvorm tegenwoordige tijd
Leer deze regels uit je hoofd voor te toets. 
Vergeet niet te de woorden want, maar en omdat uit je hoofd te leren. 

Slide 15 - Slide

Spelling persoonsvorm 

Slide 16 - Slide

Spelling blok 4
Maken opdr. 16 t/m 18 van Spelling blok 4

Slide 17 - Slide