Periode 2 - Les 5 - Angina pectoris en myocardinfarct

Periode 2 - Les 5 
Arteriële insufficiëntie
Angina Pectoris
Hartinfarct
1 / 37
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Periode 2 - Les 5 
Arteriële insufficiëntie
Angina Pectoris
Hartinfarct

Slide 1 - Slide

Deze les
Terugblik (meerkeuzevragen)

Je leert over:
  • arteriële insufficiëntie
  • angina pectoris
  • hartinfarct

Slide 2 - Slide

Wat is de belangrijkste functie van de hartkleppen?
A
Zuurstof toevoegen aan het bloed
B
Voorkomen dat bloed terugstroomt
C
Het bloed door de aderen pompen
D
Hormonen afgeven

Slide 3 - Quiz

Welke component van het bloed is verantwoordelijk voor de zuurstoftransport?
A
Witte bloedcellen
B
Bloedplaatjes
C
Plasma
D
Rode bloedcellen

Slide 4 - Quiz

Wat is hypotensie?
A
Hoge bloeddruk
B
Lage bloeddruk
C
Normale bloeddruk
D
Onregelmatige bloeddruk

Slide 5 - Quiz

Wat is de medische term voor hoge bloeddruk?
A
Hypertensie
B
Hypotensie
C
Normotensie
D
Tachycardie

Slide 6 - Quiz

Welke van de volgende organen is het meest direct betrokken bij de regulatie van de bloeddruk?
A
Longen
B
Lever
C
Nieren
D
Maag

Slide 7 - Quiz

Welk bloedvat heeft de dunste wand?
A
Slagader
B
Ader
C
Haarvat
D
Aorta

Slide 8 - Quiz

Wat gebeurt er met de bloeddruk tijdens een fysieke inspanning?
A
Het blijft hetzelfde
B
Het daalt
C
Het stijgt
D
Het stopt

Slide 9 - Quiz

Welke van de volgende symptomen is NIET typisch voor hypotensie?
A
Duizeligheid
B
Flauwvallen
C
Hoofdpijn
D
Vermoeidheid

Slide 10 - Quiz

Welke levensstijlverandering wordt NIET aanbevolen voor iemand met hypertensie?
A
Verminderen van zoutinname
B
Regelmatig sporten
C
Meer alcohol drinken
D
Afvallen

Slide 11 - Quiz

Veneuze insufficiëntie
Insufficiëntie = tekortschieten / ontoereikende werking

Het probleem bevindt zich in de aders
Meestal problemen met de kleppen > bloedstroom
Symptomen: stuwing en pijn

Slide 12 - Slide

Arteriële insufficiëntie
Vernauwing in een slagader (bijvoorbeeld been)
Onvoldoende zuurstofrijk bloed naar weefsels
Pijnklachten

Rust versus inspanning

Slide 13 - Slide

Arteriële insufficiëntie
Etalagebenen
(Claudicatio intermittens)

Vraag: waarom worden vernauwingen in de slagaders in de benen ook wel etalagebenen genoemd?

Slide 14 - Slide

Bij etalagebenen is er een probleem met de
A
slagaders
B
aders

Slide 15 - Quiz

Wat is het belangrijkste verschil tussen atherosclerose en arteriosclerose?
A
Atherosclerose is de verharding van de slagaderwanden, terwijl arteriosclerose de ophoping van vetten in de slagaderwanden is
B
Atherosclerose treft alleen de kleine bloedvaten, terwijl arteriosclerose alle bloedvaten treft
C
Arteriosclerose is een gevolg van atherosclerose en komt alleen voor bij ouderen
D
Arteriosclerose is de verharding van de slagaderwanden, terwijl atherosclerose de ophoping van vetten en cholesterol in de slagaderwanden is

Slide 16 - Quiz

Gevolgen van atherosclerose voor het hart
Atherosclerose van de kransslagaders (coronaire sclerose)
> Bloedtoevoer naar de hartspier wordt belemmerd
> Ischemie (zuurstoftekort) met kenmerkende symptomen
Angina pectoris!

Volledige afsluiting van een kransslagader
> Gedeelte achter de afsluiting krijgt geen zuurstof
> Dat gedeelte van de hartspier sterft af
Hartinfarct (myocardinfarct)!

Slide 17 - Slide

Angina pectoris en het hartinfarct
Angina pectoris betekent 'pijn op de borst'
Zowel angina pectoris als een hartinfarct zijn aandoeningen van de kransslagaders (de coronairen)

Daarom ook wel coronairlijden

Slide 18 - Slide

Anatomie coronairen
RCA - Rechter Coronair Arterie

CX -  (Circumflex) de kransslagader die 
met een cirkel naar de achterkant van het 
hart loopt

LAD (afkorting van Left Anterior Descending 
(de linkerkransslagader die zich splitst in
twee takken)

Slide 19 - Slide

Angina pectoris en hartinfarct
Angina pectoris
Onvoldoende bloedtoevoer naar de hartspier door een vernauwing in een kransslagader

Hartinfarct
Geen bloedtoevoer naar de hartspier door een afsluiting van de kransslagader

Slide 20 - Slide

->vegetatieve verschijnselen
->dyspneu
->collaps
->tachycardie
ANGST

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Dotteren en stentplaatsing

Slide 23 - Slide

Hartinfarct

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Slide

Diagnostiek Myocardinfarct
  • ECG of CAG om infarct aan te tonen
  • Lab; enzymwaarden CK, CKMB, troponine
  • Echo Cor (hartkleppen, aneurysma hartwand)

Slide 27 - Slide

Behandeling Myocardinfarct
  • Bij hartstilstand reanimatie
  • Analgetica 
  • Diuretica
  • Nitroglycerine
  • Trombolyse (stolsel oplossen met streptokinase -6 uur)
  • Medicatie: Ascal, Sintrom
  • PCI / PTCA (dotter-stentbehandeling)
  • CABG (Bypass)

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Slide

Wat is de belangrijkste oorzaak van angina pectoris?
A
Onregelmatige hartslag
B
Vernauwing van de kransslagaders
C
Hoge bloeddruk
D
Verhoogde cholesterolwaarden

Slide 32 - Quiz

Welke van de volgende symptomen is typisch voor een hartinfarct?
A
Korte ademhaling
B
Pijn in de onderbuik
C
Zwelling van de benen
D
Jeukende huid

Slide 33 - Quiz

Welke van de volgende is een kenmerkend symptoom van claudicatio intermittens?
A
Pijn op de borst
B
Pijn in de benen bij lopen die verdwijnt bij rust
C
Tintelingen in de vingers
D
Constante pijn in de onderrug

Slide 34 - Quiz

Wat is het belangrijkste verschil tussen angina pectoris en een hartinfarct?
A
Angina pectoris is altijd fataal, een hartinfarct niet
B
Angina pectoris veroorzaakt geen blijvende schade aan het hart, een hartinfarct wel
C
Een hartinfarct wordt veroorzaakt door stress, angina pectoris niet
D
Angina pectoris treedt alleen op tijdens rust, een hartinfarct alleen tijdens inspanning

Slide 35 - Quiz

Welke behandeling is vaak effectief bij het verminderen van symptomen van angina pectoris?
A
Nitraten
B
Antibiotica
C
Antidepressiva
D
Antipsychotica

Slide 36 - Quiz

Volgende les
Hartfalen
Decompensatio cordis

Slide 37 - Slide