2hv - voorbereiding toets chapitre 2

Préparation PW 2
  • Ik ken voca + zinnen van bron ABEF
  • Ik kan het bijvoeglijk naamwoord gebruiken
  • Ik kan de werkwoorden op -er gebruiken in de tegenwoordige tijd (présent)
1 / 29
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Préparation PW 2
  • Ik ken voca + zinnen van bron ABEF
  • Ik kan het bijvoeglijk naamwoord gebruiken
  • Ik kan de werkwoorden op -er gebruiken in de tegenwoordige tijd (présent)

Slide 1 - Slide

VOCA ABEF
Pak je woordenlijst voor je (p. 88-89) !

Slide 2 - Slide

Bijvoeglijke naamwoorden

Slide 3 - Mind map

dieren

Slide 4 - Mind map

in je huis

Slide 5 - Mind map

werkwoorden

Slide 6 - Mind map

mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
meervoud
Welke letters komen achter het bijvoeglijk naamwoord?
-e
-es
-s
- (geen letters)

Slide 7 - Drag question

oefenen
Het bijvoeglijk naamwoord kan 4 vormen hebben.
Mannelijk
Vrouwelijk
Enkelvoud
Meervoud
grande
grandes
grand
grands

Slide 8 - Drag question

Bijv nw die VOOR het zelfst nw komen

Slide 9 - Mind map

Slide 10 - Slide

Vul de juiste vorm van het woord in:
La ...... (bon) glace.

Slide 11 - Open question

Vul de juiste vorm van het woord in:
Les filles ..... (malade).

Slide 12 - Open question

Vul de juiste vorm van het woord in:
Le garçon ..... (célèbre).

Slide 13 - Open question

Vul de juiste vorm van het woord op de juiste plek in. Schrijf alle woorden op.
Les ...... lapins ..... (grand)

Slide 14 - Open question

Vul de juiste vorm van het woord op de juiste plek in. Schrijf alle woorden op.
La ...... femme ..... (actif)

Slide 15 - Open question

Schrijf een kort bericht in het Frans, waarin:
- Je vraagt of de ander broers of zussen heeft
- en of de ander een huisdier heeft.
- Je vertelt dat je een hamster en twee kleine zussen hebt.

Slide 16 - Open question

Schrijf een kort bericht in het Frans, waarin je vertelt:
- dat je in een huis woont.
- dat je jouw slaapkamer leuk vindt en dat deze klein is.

Slide 17 - Open question

Regelmatige ww. op -er
Stap 1: haal -er van het werkwoord (stam)
Stap 2: voeg de goede uitgang toe: je = e
                                                                          tu = es
                                                            il, elle, on = e
                                                                     nous = ons
                                                                     vous = ez
                                                              ils, elles = ent

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Aimer
Houden van
Je / J'
Tu
Il/elle/on
Nous
Vous
Ils/elles
Regelmatige werkwoorden op -er
aime
aiment
aimons
aime
aimes
aimez

Slide 20 - Drag question

Vul de juiste vorm van het gevraagde werkwoord in:
Vous ....... (trouver)

Slide 21 - Open question

Vul de juiste vorm van het gevraagde werkwoord in:
Les profs ....... (adorer)

Slide 22 - Open question

Vul de juiste vorm van het gevraagde werkwoord in:
Je ....... (manger)

Slide 23 - Open question

Vul de juiste vorm van het gevraagde werkwoord in:
La fille ....... (aimer)

Slide 24 - Open question

Ben je op deze punten verder?
  • Ik ken voca + zinnen van bron ABEF
  • Ik kan het bijvoeglijk naamwoord gebruiken
  • Ik kan de werkwoorden op -er gebruiken

Slide 25 - Slide

Was dit een goede voorbereiding op het proefwerk?
A
Ja
B
Nee

Slide 26 - Quiz

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 27 - Open question

Hoe vond je deze lesson-up ?

Slide 28 - Open question

Bonne chance met leren !

Slide 29 - Slide