humanistische psychologie

Terugkoppeling afgelopen lessen
1 / 43
next
Slide 1: Slide
BG1MBOStudiejaar 2

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 8 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Terugkoppeling afgelopen lessen

Slide 1 - Slide

Behaviourisme (week 3)

Slide 2 - Mind map

psychoanalyse (week 2)

Slide 3 - Mind map

Slide 4 - Slide

Humanistische psychologie
  1. Uitgangspunten
  2. Piramide Maslow
  3. Interne dialoog/ externe dialoog
  4. Grondhoudingen
  5. Toepassingen in de hulpverlening
  6. Kanttekening

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Uitgangspunten
  • Subjectiviteit
  • Centralisme
  • Het bewustzijn staat centraal
  • Ontwikkeling is levenslang
  • Mensen zijn zelf verantwoordelijk voor hun leven
  • Hier en nu
  • Doel: Bevrijden van belemmeringen

Slide 7 - Slide

Pyramide van Maslow
  • Veiligheid (goede gezondheid, werkzekerheid, financiële zekerheid)
  • Zelfactualisatie (creativiteit )
  • Fysieke behoeften (ademen, eten, slapen, sex, onderdak)
  • Erkenning (vertrouwen, waardering, respect van anderen)
  • Sociale behoeften (vriendschap, liefde, intimiteit)


Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Slide

Eigen pyramide

Slide 12 - Slide

Carl Rogers
Interne en externe dialoog

Slide 13 - Slide

Basis:

Gedachtes,

emoties 

en handelen



Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide

Interne dialoog
- interactie tussen denken en voelen 
- bij gezonde, in ontwikkeling zijnde is voelen en denk in evenwicht: gevoel heeft invloed op denken en andersom

Slide 17 - Slide

Externe dialoog
- interactie met anderen
- gezond, geïntegreerd individu als interne dialoog en externe dialoog zijn afgestemd op elkaar: je laat zien wat je denkt en voelt.

Slide 18 - Slide

Problemen interne dialoog

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Grondhoudingen begeleider (MZ’er) (Carl Rogers)
  1. Echtheid
  2. Onvoorwaardelijke positieve gezindheid
  3. Empathie

Slide 21 - Slide

echtheid
Hulpverlener is zichzelf (speelt niet)

hulpverlener innerlijke dialoog is congruent (kloppend)


Slide 22 - Slide

Onvoorwaardelijke positieve gezindheid
Openstaan voor gevoelens en gedachten van cliënt
Onvoorwaardelijke aanvaarding /acceptatie
Niet beoordelen, maar inleven
Niet het accepteren van al het gedrag, maar van de gevoelens

Client heeft recht op een hulpverlener die zijn best doet en die de mogelijkheden van de cliënt waardeert



Slide 23 - Slide

Empathie
Cognitief en emotioneel begrijpen van de ervaringen van iemand anders

Hulpverlener schuift eigen waarden en zienswijzen opzij.

Geen emotionele identificatie 

Niet hetzelfde als steunen of moed inspreken .



Slide 24 - Slide

Voorbeelden hoe jij dit bent op je stage
  1. Echtheid
  2. Onvoorwaardelijke positieve gezindheid
  3. Empathie

Slide 25 - Slide

Methodieken
  1. Gentle teaching
  2. Validationmethode
  3. Motiverende gespreksvoering
  4. De Gordonmethode

Slide 26 - Slide

Groeps Opdracht:
in groepjes onderzoek je deze 4 methodieken:

  1. wat houdt het in?
  2. voorbeeld uit praktijk
  3. toe te passen op jullie stage?

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Video

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Video

Onderdelen
  1. Uitgangspunten
  2. Piramide Maslow
  3. Interne dialoog/ externe dialoog
  4. Grondhoudingen
  5. Toepassingen in de hulpverlening
  6. Kanttekening

Slide 40 - Slide

Individuele opdracht
1. kies een client
2. vul voor deze client de piramide van Maslow in
3. Hoe it het met de interne/externe dialoog van deze cliënt
4. grondhoudingen 
5. welke begeleidingsmethodiek past bij deze client

Slide 41 - Slide

Kanttekening
Te weinig rekening gehouden met erfelijke aanleg
Innerlijke goedheid van de mens?
3 grondhoudingen niet altijd voldoende voorwaarde voor succesvolle hulpverlening: toesnijden op cliënt
Botsing met andere normen en waarden

Slide 42 - Slide

Discussievragen
  1. Wat vind je van de uitgangspunten van deze stroming?
  2. Wat vind jij ‘kloppen’ of wat herken je?
  3. Wat vind jij ‘niet kloppen’ of wat herken je niet? 
  4. Is jouw visie op de psychologie en op gedrag veranderd naar aanleiding van deze stroming of punten uit deze stroming?

Slide 43 - Slide